LE: 81-90
● a= ansjovis, b=bot, g=geep, h=haring, ha=hoekaal, kv="kustvisscherij", p=paling of aal, sn=snoekbaars, sp=spiering, zz="op de Zuiderzee"
LE 81
- Naam schip: LE 81 Jonge Wietske
- Type: halfgedekte platbodem
- Vergunn.periode: 1911-1917
- Eigenaar: Bootsma, Poppe
- vis: a,b,h
- Opm: {aak, in 1902 geb. door Gebr. de Boer voor Poppe Bootsma, Huitema, Lemsteraken, 249}; v/a 1917 E.H.10 (Enkhuizen); 1917-1921: halfgedekte zeilboot "Nooit Volmaakt" van Joost Kuipers
- Verhaal: Poppe Bootsma, was ook een zijdenetter en woonde in het Leeg. Zijn vrouw was Janne en dochter Aaltje was naaister. Later werd een pleegzoon aangenomen en in 1913 zijn ze naar Elburg vertrokken. Poppe was een wat eenzelvige man, die doodsbang was voor onweer. Men zei, dat hij bij onweer in het donkere turfhok in zijn aak kroop.
- De Lemster vissersvloot van ± 1915 volgens Jan Wouda: LE 81: (Eerder LE 181) Eigenaar: Poppe Bootsma. Bijnaam: De Oude Skieter. Woonplaats: Lemmer. Soort: Aak vt 40. Naam Schip: "Jonge Wietze" Bouwjaar: 1902. Werf: Gebr. de Boer. - LE 81: Eigenaar: Joost Kuipers. Woonplaats: Lemmer. Naam Schip: "Nooit Volmaakt" - LE 81: Eigenaar: Rinze Steven Visser. Woonplaats: Lemmer. Naam Schip: "De Vier Gebroeders"
Aanvulling: LE 81 - 1902- Roggebot- Gebr. de Boer. Er is wel eens aan getwijfeld of de Roggebot (28, VB) een schip van Gebr. de Boer is, omdat het model zou afwijken en aan de aken uit Joure doet denken. In 1964 echter waren Hendrik de Boer en zoon Arie beide aan boord en bevestigden dat de aak door hen gebouwd was voor Poppe Bootsma. Naam: de Jonge Wietske. De aak werd verkocht naar Enkhuizen, daarna naar Volendam en Urk. In 1958 gekocht door Stofberg in Leimuiden, tot jacht verbouwd en een jaar later verkocht aan G.A. van der Sluis in Kampen. In 1969 werd L. Vrijenhoek te Leiden eigenaar en in 1974 W. Poelman te Haren. Naam: Roggebot (28 VB).
Afdruk van Marja Visser: De visserij vergunning van de LE 81 op naam van oudoom Marten Rinzes Visser ingaande per 08-12-1942 (toen was mijn pake al naar Duitsland als dwangarbeider en mijn overgrootvader Rinze was in 1936 overleden)
GT13 'Roggebot'
Foto van: http://www.lemsteraakfotohielke.nl 'Roggebot'
LE 82
- Naam schip: LE 82
- Type: open zeilboot
- Vergunn.periode: 1911-1922
- Eigenaar: Poepjes, Hans vis: b,h
- Opm: 1925-? Roelof Akkerman.
LE 83
- Naam schip: LE 83
- Type: open zeilboot
- Vergunn.periode: 1912-1918
- Eigenaar: Visser, Andries Jacob vis: bot
- Opm: 1918-1922: van Hielke Visser, in 1922 gesloopt
LE 84
- Naam schip: LE 84 Aligator
- Type: halfgedekte platbodem
- Vergunn.periode: 1912-1918
- Eigenaar: Poepjes, Cornelis
- vis: a,b,h,p,sp
- Opm: {pluut, archief Wed SJ de Vries, Deb.boek 1921-1927}; woonplaats: Delfstrahuizen; 1919-1922: kielvoerende botter "De Vrouw Elisabeth" van Haiko Bootsma, v/h B.U.74 (Bunschoten) De
- Lemster vissersvloot van ± 1915 volgens Jan Wouda: LE 84: (Later N.Z.kotter), Eigenaar: Steven Visser. Bijnaam: De Slide. Woonplaats: Lemmer. Soort: Sloep. - LE 84: Botter, eig. Heiko (Haiko) Bootsma, genaamd: "Vrouw Elizabeth"
Aanvulling: Steven woonde ook aan de Nieuwedijk 84 tot 1950, toen verhuisden zij naar de Lijnbaan 84. Zijn vrouw Trien Vleeshouwer had zich ontwikkeld als een prominente zondagsschilder, dat gebeurde niet zo vaak in de Lemmer. Van hun kinderen is 'Jan' bekend van de Jan Nieveen waar hij met Cor Visser, uit Medemblik op werkte. Zie ook reactie van Bouky Visser, onderaan de pagina.
Foto van Age van der Bles
- Age van der Bles: De omschrijving van LE 84 is niet helemaal juist denk ik.
Wat ik ervan weet; Mijn Pake Steven Slide heeft van ca 1921 tot 1933 met een houten schouw gevist. Naam ReJanTi (Rees Janke en Jan en Tietsje) Vermoedelijk onder LE 34, maar zou ook al LE 84 geweest kunnen zijn, in 1933 is er een stalen schouw gekomen.
-In 1935 zijn ze naar Den Oever gegaan (hier zal een WR nummer van zijn??) Op 10 mei 1940 zijn ze naar Lemmer terug verhuisd en is vermoedelijk het nummer LE84 weer op het schip(schouw) gekomen.
-In 1948 hebben Marius en Steven Visser (broers) 2 nieuwe sloepen laten bouwen. Deze zijn onder LE 24 en LE 84 in de vaart gekomen.
-In 1962 is de Noordzee kotter gebouwd. Zoon Jan Visser heeft hier mee tot de brand in 1975 mee gevist.
-Na de brand heeft Jan “Slide” Visser nog als kaptein op de Jan Nieveen gevaren tot 1980. - Zie voor meer LE 84 foto's
LE 85
- Naam schip: LE 85 Grietje
- Type: halfgedekte zeilboot Vergunn.periode: 1912-1934
- Eigenaar: Bootsma, Gauke
- vis: bot
- Opm: {=Gauke Pieter, Archief Wed SJ de Vries, 1921}
- De Lemster vissersvloot van ± 1915 volgens Jan Wouda: LE 85: (Eerder LE 182) Eigenaar: Gauke Bootsma. Bijnaam: De Skég. Woonplaats: Lemmer. Soort: Schouw. Naam Schip: "Grietje (zijn vrouw), en de twee gebroeders"
Detailfoto van bovenstaande, LE 85 in de Zijlroede te Lemmer, de huizen zijn het Turfland.
Foto van http://www.lemsteraakfotohielke.nl
LE 86
- Naam schip: LE 86 Twee Gebroeders
- Type: halfgedekte platbodem
- Vergunn.periode: 1912-1923
- Eigenaar: Haan, Bastiaan de
- vis: a,b,h
- Verhaal: Bastiaan en Jan de Haan. Bastiaan was een rustige man, een beetje aan de ernstige kant en was ongehuwd. Jan was getrouwd met Rika, en ze kwam van Joure. Jan was meer een prater, het liefst over politiek. Na de bevrijding van Lemmer zwaaide een zoon van Jan met een groot pistool, hij was bij de ondergrondse knokploeg geweest.
- De Lemster vissersvloot van ± 1915 volgens Jan Wouda: LE 86: Eigenaar: Gebr. de Haan. Bijnaam: De Haantjes. Woonplaats: Lemmer. Soort: Schouw. Naam Schip: "Twee gebroeders"
Marten de Haan voor zijn huis.
OOSTERZEE - Marten de Haan werd op 2 maart 1931 geboren in Lemmer als één van de negen kinderen van Jan de Haan en Rieke Sloothaak. Veertig jaar zat hij bij de koopvaardij en woonde in Amsterdam, zeventien jaar geleden keerde hij terug naar Friesland, niet naar Lemmer maar naar Oosterzee.
Wie als argeloze voorbijganger of toerist toevallig door Oosterzee rijdt, kan bijna niet om de met tegeltjes beplakte, voormalige Rabofiliaal heen. Tegenwoordig is het al weer heel wat jaren de woning van Marten de Haan en de Lemster heeft zijn eigen, al even eigenzinnige handtekening op de woning gezet: 1600 tegeltjes sieren de muren van zijn huis.
Wrokkich
,,Us heit wie fisker op de Lemmer 86 en ús mem stie op De Lemmer bekend as ‘dikke Rieke’. It wie de tiid foar de oarloch, grutte earmoede, ek foar de fiskerij.” De Haan groeide als tiener op in de oorlogstijd en hij bewaart er bepaald geen goede herinneringen aan, hij toont zich zelfs ietwat ‘wrokkich’ over zijn schooltijd in de oorlog. ,,Der wie altyd wat, dan wie der gjin inkt, dan wer gjin papier en de helte fan de tiid ha’k net op skoalle sitten.” Iets minder onschuldig was zijn herinnering dat hij als dertienjarig kind naar Westerbork werd afgevoerd, een combinatie van kinderlijke speelsheid en volwassen dwaasheid.
Westerbork
,,Op de seedyk by Lemmer stienen seis as sân sykljochten foar de fleantugen dy’t oerkamen. Der stiene altiten Dútse soldaten op wacht, betiden mei in slok op. Op in kear, it wie 1944, pakte ik it gewear fan sa’n soldaat en rôp fan boem. In bern no? Ik waard oppakt en nei Westerbork ôffierd. Us heit hat my wer ophelle, tegearre mei Bertus Verschoor.”
Drie broers moesten in 1940 onder de wapens en alle drie zijn ongeschonden terug gekeerd. De oudste broer, Jitze, kwam in het verzet terecht en De Haan weet nog van die keer thuis dat Hitler voor de ‘distributieradio’ te horen was: ,,Us heit hat doe de hiele radio kapot slein.”
De Haan ‘koe goed meikomme op skoalle’ zoals hij zelf zegt en wilde na de oorlog graag naar de Uloschool. Heit Jan dacht er echter anders over, ,,Ik moast brea fertsjinje en dus mei te fiskjen op de Lemmer 86 en letter ek noch even op de Lemmer 25.” Vissen met staande netten en hoekwanten, en in het seizoen met de dwarskuil op paling, in de herfst met sleepnetten vissen op snoekbaars en platvis, allemaal op het IJsselmeer, zes jaar lang. Hij weet nog dat zijn vader op goede dagen 0,86 cent kreeg voor een pond paling.
Toch kon het vissen hem niet in Lemmer houden, in 1951 ging hij richting Amsterdam om als matroos aan te monsteren bij de Hollandse Stoomboot Maatschappij. Zes jaar lang door Europa en af en toe naar West Afrika, eerst als matroos later als bootsman. Hij herinnert zich nog hoe in 1956 bij stormachtig weer de lading containers begon te schuiven. Bij het vastsjorren werd de bootsman aan boord letterlijk door schuivende containers onthoofd.
Koperen Ploeg
‘Mear thús’ was de reden dat De Haan zijn varend leven inwisselde voor werk in de haven, hij werd lid van de ‘vletterlieden’ verenigd in de Koperen Ploeg, het boot- en stuurlieden-coöperatief van de Amsterdamse haven. In de volksmond stonden zij bekend als de roeiers, trossensjouwers om de zeeschepen vast en los te maken die werkzaam waren in en om de Amsterdamse haven en op het Noordzeekanaal. Het was echter meer dan alleen trossensjouwers, het was een servicebedrijf dat uitgroeide tot een efficiënt nautisch en technisch serviceloket. Later raakte De Haan betrokken bij de zogenaamde technische ‘trial trips’, proefvaarten van drie weken om bepaalde tankeronderdelen werden getest, ankerdelen of navigatiedelen, die dan werden verkocht.
De Haan mocht zijn gemiste Ulo-tijd inhalen, ,,Ik hie net folle foaroplieding, dus it foel betiden net ta”, met vier jaar Zeevaartschool waar hij het radardiploma haalde, gevolgd door een sleepvaartcursus, een radio en telegrafistencursus en tot slot nog een ‘Captain permit’.
Al die tijd woonde hij in Amsterdam samen met zijn broer Jitze en zijn schoonzuster. Toen De Haan in 1990 afscheid nam van de koopvaardij had hij heimelijk de wens terug te keren naar Friesland. ,,Wy ha noch in skoft yn Almere wenne, mar ik woe werom want myn suster wenne yn Gietersebrug. En dan leaver nei Eastersee dan nei Lemmer.” En zo geschiedde zeventien jaar geleden, samen met broer en schoonzuster naar Oosterzee.
Jitze de Haan is inmiddels overleden en ook zijn schoonzuster is een drietal jaren geleden op 94-jarige leeftijd overleden.
Man bijt hond
Ooit kwam De Haan een bootsman tegen uit Marken die tegeltjes verzamelde en deze op zijn vakantiehuisje op de muur plakte.
,,Ik krige in pear fan him en doe bin ik ek mar begûn. Ik hie mei my sels ôfsprutsen fan as ik in frijsteand hûs krij doch ik it ek.” Het levert hem veel belangstelling op, een optreden in het tv-programma Man bijt Hond en van toeristen en soms nemen mensen zelf tegeltjes mee, ze moeten echter wel geglazuurd zijn vanwege de weers-elementen.
Een andere erfenis uit het verleden is schilderen, inmiddels heeft hij zo’n 200 tot 250 schilderijen in huis. Hij heeft het geleerd van Jan Kiers, een kunstschilder in Amsterdam. Het biedt verstrooiing en troost want Marten de Haan is nog de enige van het gezin van Jan en Rieke de Haan die in leven is en dan heb je soms wel een tegeltjeswijsheid nodig om verder te leven.
Door Rynk Bosma op 4-02-14 in de www.zuidfriesland.nl
Een afdruk van de Lemster vissersvloot in de haven. Een afdruk uit de nadagen van de visserij, want op de achtergrond zijn de eerste bouwsels van de Noordoostpolder al zichtbaar. We zien hier een aantal Lemster aken, die 's nachts met de dwarskuil op paling hebben gevist en nu in de haven liggen met de kuil in de mast om te drogen. De man op de remming is Bastiaan de Haan, een oude visser, die de leeftijd van 100 jaar bereikt heeft.
Dit is een foto van Leeuwke Bootsma. Marten de Haan heeft Leeuwke van huis gehaald om de schouw te zien. Er is toen een foto van Sake Bootsma, gemaakt als enige nog leven zijnde Lemster Zuiderzeevisser bij het scheepje. Marten zit hier op het dek van de schouw. Leeuwke bracht ook een paar opmerkingen over van zijn vader, over de LE 10... Sake Bootsma is van mening dat de eerste eigenaar van de LE 10 Marten Raadsveld was, die heeft later het aakje verkocht aan Jan en Jaap Wouda (lytse Jaep)
De LE 86, voorheen van Jan de Haan, later eigendom van Hans v.d. Meiden, tandarts op Terschelling. Hier derde van rechts. De aak ligt meestal in Oosterzee en wordt onderhouden door Marten de Haan, zoon van de vroegere eigenaar.
Links van hem zit Auke Coehoorn, rechts van Marten, Leeuwke Bootsma. Helemaal rechts staat havenmeester Leeuwke Bootsma.
LE 87
- Naam schip: LE 87 Friso
- Type: klipper
- Vergunn.periode: 1912-1918
- Eigenaar: Zande, Hendrik v/d
- vis: a
- Opm: oorspr. vrachtschip, 1918-1922: "Broedertrouw"
- De Lemster vissersvloot van ± 1915 volgens Jan Wouda: LE 87: Eigenaar: Gebouwd bij Gebr. de Boer, in opdracht van Hendrik v/d Zande. Woonplaats: Lemmer. Soort: Klipper. Naam Schip: "Friso". Alleen ansjoviskuilder. - LE 87: Eigenaar: Jurjen Bootsma. Soort: Klipper. Bijnaam: Oompje. Woonplaats: Lemmer
De LE 87 in de Vluchthaven te Lemmer, aan boord links: Jurjen Bootsma en rechts vooraan Gauke Bootsma. Op de achtergrond de loods van scheepswerf 'Friesland'.
LE 88
- Naam schip: LE 88 Spes Salutes
- Type: halfgedekte platbodem
- Vergunn.periode: 1913-1921
- Eigenaar: Kingma, Jilling
- vis: a,b,h
- Opm: De aak "Spes Salutis" is in 1913 door Gebr. de Boer te Lemmer gebouwd voor Jilling Kingma, Huitema, Lemsteraken, 253
- Verhaal: Dit was een beste zeiler. Als ze met de hele vloot een uur over dezelfde boeg hadden gelegen, lagen ze altijd het hoogst bij de wind. Ging men dan overstag of ree dan waren ze altijd voor op hun concurrenten. Renze was als oudste de schipper. Dit was vroeger een ongeschreven wet. Verder waren zijn broers Roelof, Wouter en Tjalling aan boord. Het waren eerste klas visserlui, welke de hele week keihard werkten en zaterdags om twee uur moest alles aan kant zijn. Jilling had in 1904 of 1905 een nieuw huis laten bouwen in de Schans naast Rippen. Renze is erg oud geworden en hij heeft 43 jaar bij zijn zuster Bet en zwager Lubber Coehoorn van de LE 3 gewoond. Ze hebben op de Weverswal gewoond waar later de Rabobank stond. In dat huis woonden voorheen koopman Blok en zijn zoon Jozef en dochter Saartje.
- De Lemster vissersvloot van ± 1915 volgens Jan Wouda: LE 88: (Later LE 1) Eigenaar: Jilling Kingma. Woonplaats: Lemmer. Soort: IJzeren aak vt 45. Naam Schip: "Spessa Lutus" Bouwjaar: 1913. Werf: Gebr. de Boer.
- In 1926 kregen vier Lemster vissers een nieuwe motor in het schip. Dit waren de LE 61; LE 12; LE 88 en de LE 75.
Aanvulling: 1913 - LE 88 - Zwerver-Gebr. de Boer. Deze Spes Salutis gebouwd voor Jilling Kingma was een snelle zeiler die in de wedstrijden van de 'Koninklijke' voor Amsterdam vele prijzen veroverde. De LE 88 werd veel gebruikt voor het hoekwanten, waarbij de bemanning in een half uur 225 haken moest aanazen, dat wil zeggen er een gekookte garnaal aansteken. De Spes Salutis werd later verkocht aan Eibert Visser, en voer toen onder het nummer LE 1. De volgende eigenaar, Polderman, liet de aak tot jacht verbouwen. Thans eigendom van de heer L. Sliggers te IJmuiden onder de naam 'Zwerver' (71 VA).
● Jan-Willem Polderman vertelt: Als aanvulling op de registratie nummers, wil ik er aan toevoegen dat in het logboek van mijn vader staat, dat hij het schip op 07-07-1956 als de LE 35 van Eibert Visser overnam.
Jilling Kingma.
LE 89
- Naam schip: LE 89 De Nije Tijd
- Type: halfgedekte platbodem
- Vergunn.periode: 1911-1934
- Eigenaar: Zandstra, Siebe
- vis: a,b,h
- Opm: {1906: ijzer, en open bun, Oudheidkamer, Lemmer, mp a}; {=Siebe W., Archief Wed SJ de Vries, 1921}
- Verhaal: Ze woonden in de Schans achter Jouke 'de klokkenmaker' en hij was een broer van Sake (de LE 73) Ook een goedaardig man had geen zoons, wel twee dochters Boukje getrouwd met Bouke Kuipers en Elske getrouwd met Wiebren Visser. Siebe was een broer van de oude Liekele zijn vrouw, dus die van de LE 69. Siebe was zo'n beetje een oude wijsgeer en mocht graag dieper op de problemen ingaan. Zondagsmorgens zag je hem ook vaak wandelen op de Straatweg in diepe gesprekken met Albert Coehoorn en Jacob de Rook gewikkeld. Siebe zelf was vrijgezel en woonde met zijn moeder oude Gepke. Meestal lag de LE 54 van Renze Hoekstra naast hem.
- De Lemster vissersvloot van ± 1915 volgens Jan Wouda: LE 89: Eigenaar: Siebe Zandstra. Bijnaam: Siebe van Gepke. Woonplaats: Lemmer. Soort: IJzeren aak. Naam Schip: "NyeTiid" Bouwjaar: 1900. Werf: Bos Echtenerbrug - LE 89: Eigenaar: Siemen Spaan. Soort: Botaak vt 40. Naam Schip: "De Vrije Fries" Bouwjaar: 1898. Werf: Croles IJlst. Woonplaats: Lemmer.
Aanvulling: Douwe Engels, vertelt: Siebe Zandstra (van Geert) was de eigenaar van de LE 89, zijn zuster Jacoba was gehuwd met Liekele Poepjes. Zijn neef Siebe (van Wiebren) had inderdaad twee dochters (en een zoon Wiebren) waarvan Elske inderdaad getrouwd was met Wiebren Visser. Neef Sake (ook van Wiebren) had ook nog een dochter Elske en zij was gehuwd met Pieter Feenstra.
LE 90
- Naam schip: LE 90 De Goede Verwachting
- Type: vrachtvaartuig
- Vergunn.periode: 1913-1922
- Eigenaar: Pilon, Jan
- vis: a
- Opm: v/h Z.S.14 (=>), in 1922 als vrachtvaartuig naar Hoorn
- De Lemster vissersvloot van ± 1915 volgens Jan Wouda: LE 90: Eigenaar: I. van der Zande. Woonplaats: Lemmer. Soort: Tjalk tn 70. Naam Schip: "De West Fries" - LE 90: Eigenaar: A. C. Braamhorst (Groningen). Soort: Stoomsleepboot. Naam Schip: "De Eengezindheid"
Aanvulling: Eigenaar: Jan Pilon (17-08-1886, Loppersum) woont aan boord ”Noordster” Kornwerderzand. Soort visserij: aalfuiken, staandwant, kubben. Nevenbedrijf: kuil, hoekwant, garnalenkor.
Zie ook: www.hwwunseradiel.nl
● De schepen kregen hun LE Nr toegekend door de gemeente, nadat er internationale afspraken waren gemaakt voor de zee en kustvisserij per 1 augustus 1882. Maar als een visser zijn schip verkocht..mocht hij zijn eigen nr meenemen op zijn volgende aangekochte schip. Dit hield in dat er meerdere schepen waren met hetzelfde nr. In 1911 werd bij het visserijbesluit besloten om via een vernummering (de) ontstane lege nummers op te vullen, die ook waren ontstaan.
Reactie plaatsen
Reacties
Le 84 (ijzeren vissersloep) had de naam De Slide. Hij was van mijn pake Steven Visser. Zijn zoon Jan Visser (. Mijn vader en ook wel Jan de Slide genoemd als bijnaam) had de noordzeekotter le 84 met de naam Reaklif.
Met vr gr Bouky Visser
Hoi Bouky,
De Slide is momenteel in mijn bezit. Onduidelijk is voor mij het juiste jaartal van bouw. Mij is verteld en ook op het spinnegatluik staat 1948? klopt dit
Op deze pagina wordt aangegeven dat Jan Pilon van 17-08-1886 is geboren in Lemmer, dit moet zijn Loppersum (Gron.)
Ik heb het aangepast, dank u wel