Ontwerp: D. Zijlstra Amsterdam
Bouw: Antwerp Engineering Company, 1922 Opdrachtgever: A. van de Gehuchte
Eerste naam: ‘Argus’
Lengte 15.09 m
Breedte 5.25 m
Diepgang 1.05 m
Waterverplaatsing 35 ton
Grootzeil 85 m2
Fok 42 m2
Kluiver 28 m2
Masthoogte 21.70 meter
Zeilnummer VA 26

Lijnenplan van de Brandeman (Afb. uit: Waterkampioen, 1928, p. 611)

De boeieraak ‘Argus’ kwam in 1922 in de vaart. Het schip was voorzien van een flinke kielbalk die duidelijk onder het vlak uitstak. Zeg maar een ondiepe kiel. Die was nodig omdat met de ‘Argos’ vanuit Antwerpen op zee zou worden gevaren. Ook als de zijzwaarden het om een of andere reden zouden laten afweten, zou het schip toch weerbaar blijven.

In 1928 werd de aak verkocht aan T.A. Waghte te Rijswijk, die de aak ‘De Brandeman’ noemde, naar het vuurtorentje op het eiland Tholen. De familie Waghte kwam oorspronkelijk van Tholen.

In 1933 kocht de werfeigenaar G. de Vries Lentsch uit Amsterdam de aak voor eigen gebruik en verhuur. Van 1948 tot 1965 was mw. A.J. Stork te Weesperkarspel de eigenaar. Daarna werd de aak verkocht aan E.W. Spears uit Bexley in Engeland. Die verkocht de aak in 1973 aan R.J. Kimber in Gloucester.
Vijf jaren later, in 1978, zag Gerard de Vries Lentsch jr. het schip in Bristol liggen. In overleg met Pim Stofberg van de Fa. Stofberg uit Leimuiden werd De Brandeman naar Leimuiden overgebracht. De Fa. Stofberg verhuisde dat jaar naar Enkhuizen en verkocht de aak door aan J. Landsman uit Breukelen. In 2007 kwam De Brandeman in bezit van W. Laros. In 2010 bleek het schip toe te zijn aan een grondige opknapbeurt, die werd uitgevoerd door de Fa. M. van Duivendijk in Tholen. (Meer informatie: Spiegel der Zeilvaart, mei 2010, nr. 4, p. 7 – 11)

Dordrecht, de boeieraken Brandeman (links) en de Halley.

Lemsteraak ‘De Brandeman’ (Foto H. Roelevink)