Nettie
Door: Dirk Huizinga
Bouw: Auke van der Zee, in de winter van 1910-1911
In de werfboeken beschreven als ‘gebouwd voor rekening van het Rijk een staalijzeren oefeningsvaartuig model “Lemsterjacht” ten dienste van het korps Torpedisten te Brielle, Commandant Overste J.C. Fabius’.
Ontwerp: Eeltsje Romkema (1881-1953). Hij was een kleinzoon van Eeltje Holtrop van der Zee (via moeders kant) en dus een neef van Auke van der Zee (1854-1939). Romkema werkte als scheepstekenaar op de werf in Joure. Nog even onder zijn pake E.H. v.d Zee (1823-1901), maar vanaf 1901 onder diens opvolger Auke van der Zee. Auke maakte direct de overstap naar ijzerbouw. Romkema was de man die de fraaie ontwerpen voor zijn oom tekende.
Functie: De ‘Nettie’ is niet gebouwd voor de visserij. De Nederlandse overheid liet de aak bouwen als jacht voor het korps “torpedisten”, d.w.z. voor de officieren van dat korps en hun vrouwen.
Technische gegevens:
Lengte: 13,40 m.
Breedte: 4,60 m.
Diepgang: 1.10 m.
Waterverplaatsing: 17,73 ton
Zeiloppervlak: 117 m2
Geschiedenis
Na de oplevering schreef het weekblad Schuttevaer in juli 1911: “Het fraaie vaartuig, dat geheel van staalijzer is vervaardigd en welke uit- en inwendige samenstelling voor die van een luxevaartuig niet onderdoet, bevat 7 flinke kooien en is van alle gemakken en gerieflijkheden die de moderne scheepsbouwkunst bieden kan, voorzien.”
De officieren en hun vrouwen, voor wie het jacht bedoeld was, “oefenden” ook met het schip. Dat bleek vooral het beoefenen van de zeilsport te zijn. Daar bleek het uitstekend geschikt voor te zijn.
Na de Eerste Wereldoorlog werd het schip ingezet als opleidingsschip voor rekruten. Tot 1940 deed ‘Nettie’ dienst als militair jacht, voor het opsporen van mijnen. In 1914 was daartoe een opmerkelijke roef aangebracht op het kajuitdak met een geschut erin, om de mijnen af te schieten. In 1940 zou het jacht gevorderd worden door de Duitsers. Dat werd verhinderd door het tijdig te laten afzinken in de haven van Makkum. In 1945 werd het weer gelicht en kwam het in handen van een luitenant. Daarna is het overgegaan in particuliere handen:
1911 – 1922 Torpedisten
1922 – 1940 Genie
1940 Het schip wordt in Makkum afgezonken om te voorkomen dat het in Duitse handen valt.
1945 – 1954 Willem Buyk, officier te Dordrecht, ontfermt zich over de aak.
De naam wordt in 1954 ‘Boukje’.
1954 – 1968 Wilhelm Thomas Hart, acteur te Groningen. Naam: ‘Maartje’.
1968 – 1977 Cornelis van Schie, tandarts te Baarn. Naam: ‘Albiobola’.
1977 – 1983 W. E. Verhagen uit Akersloot. Naam: ‘Albis’.
1983 – 1988 B. van Wijk, Woubrugge. Naam: Nettie’. 1988 – 2006 H. Denee, Ermelo/Harderwijk 2006 – heden A. van Marrewijk.
(Bron: www.lemsteraaknettie.nl)
Het jarenlange verblijf onder water in de haven van Makkum had de aak natuurlijk geen goed gedaan. Het schip ging in 1954 over in particuliere handen. De Groninger antiekhandelaar Hart had een ligplaats voor de aak in Stavoren. Ze stond er bekend als “Maartje met de zwarte mast”. Zwart van de kleverige lijnolie.
In 1968 kwam de aak in bezit van Van der Schie uit Baarn, die het schip, dat er niet best aan toe was, in 1970 bij scheepswerf ‘Volharding’ in Stavoren liet opknappen. Het vlak kreeg een dubbeling en ook het interieur werd opgeknapt. De lange, houten koekoek op het kajuit dak werd tevens verwijderd.
Stavoren, jaren vijftig. De Nettie aan de kade bij de sluis, voor het toenmalige NS station. Tijdens de oorlogsjaren lag ze afgezonken in de haven van Makkum, wat het schip uiteraard geen goed had gedaan. In 1970 kreeg de Nettie bij scheepswerf Volharding, van waar deze foto is genomen, een dubbeling van het vlak. De lange houten koekoek in het midden van het kajuitdek, voor het afschieten van mijnen, is verwijderd. (Foto boven: collectie Anton van der Werff, oudwerfbaas Volharding)
De Lemsteraak Nettie, in 1911 gebouwd bij Auke van der Zee in Joure, als oefenvaartuig voor het korps Torpedisten te Brielle in 1918.
Papendrecht, 1932. (Foto: W.J. van Oosten)
Na de verbouwing in 1970 bij scheepswerf Volharding in Stavoren brengen de nieuwe eigenaren steeds kleine veranderingen, c.q. verbeteringen aan. In 1988 is het schip echter aan een grote restauratie toe die de nieuwe eigenaar, Dick Denee uit Harderwijk, laat uitvoeren bij de werf Fa. W. Stofberg (Leimuiden/Enkhuizen). Daar wordt de aak ontmanteld en worden alle zwakke onderdelen vernieuwd. Het casco wordt gestraald en in een modern verfsysteem gezet. Begin jaren negentig is de motorinstallatie vervangen en zijn de zwaarden en de giek vernieuwd. In 2006 wordt de Nettie gekocht door Ab van Marrewijk uit Hondselersdijk.
Enkhuizen, 2009. De Lemsteraak ‘Nettie’ (58 VA) (Foto’s: www.lemsteraaknettie.nl)
Reactie plaatsen
Reacties