Nederlandse Hervormde Kerk Lemmer |1|

Kerkhof 1 te Lemmer.

|    1    |    2    |

In Lemmer bevindt zich al eeuwenlang een kerk. Uit historische documenten die dateren uit de 13e eeuw blijkt dat er reeds in die tijd sprake was van een kerkgebouw op deze locatie. Het huidige kerkgebouw is naar alle waarschijnlijkheid het vierde dat op deze plek is opgericht. Historische bronnen vermelden namelijk dat in het jaar 1413 het dorp Lemmer en de Kerspelkerk werden verwoest door troepen onder leiding van Jonker Aleff van Suiten, die vochten namens de Bisschop van Utrecht.

In het jaar 1516 werd het dorp volledig in vlammen opgegaan door toedoen van een Hollandse aanvoerder, een zekere Graaf Felix. Volgens de kronieken bleef enkel de kerk gespaard. Echter, bij een latere plundering, of mogelijk door een andere oorzaak, werd zelfs dit laatste gebouw kort daarna eveneens verwoest door brand. Hierdoor was het noodzakelijk om een deel van de kerkelijke goederen te verkopen om de herbouw van het godshuis te financieren. De heropgebouwde kerk, zoals afgebeeld op de kaart in de Kroniek van Winsemius (1622), beschikte over een toren met zadeldak, vergelijkbaar met die van de kerken in Oosterzee en Eesterga.

Deze aanduidingen vormen symbolische representaties van een dorp of stad met een kerk, al dan niet voorzien van een toren. Volgens historische gegevens zouden omstreeks die periode uitsluitend de dorpen Eesterga en Oosterzee beschikken over een kerk met toren, aangezien deze locaties destijds een grotere regionale betekenis hadden. De plaatsen Lemmer, Echten en Follega hadden in vergelijking een minder prominente rol.

Wumkes vermeldt in zijn stad- en dorpskroniek van Friesland (1700-1800) dat in het jaar 1716 een nieuwe kerk werd gebouwd, voorzien van een toren. Dit zou erop kunnen duiden dat de oorspronkelijke kerk mogelijk geen toren bezat. De kaart van Schotanus biedt hieromtrent weinig duidelijkheid, maar geeft wel aan dat Lemmer beschikt over een parochiekerk.

De kerk heeft door de eeuwen heen aanzienlijke schade ondervonden als gevolg van oorlogen in Lemmer en de omliggende regio, evenals door overstromingen en andere algemene rampen. Ondanks deze tegenslagen bleef de kerk bij branden doorgaans gespaard. Zo bleef zij behouden tijdens de verwoestende brand in 1521, veroorzaakt door Gelderse troepen en Friezen, waarbij de gehele plaats Lemmer in vlammen opging, met uitzondering van de kerk.

In contrast met de woningen, die door hun houten constructie bijzonder brandgevoelig waren, werden kerken doorgaans uit steen opgetrokken, waardoor zij aanzienlijk beter bestand waren tegen vuur. Wanneer er in de middeleeuwen een brand uitbrak, vatte de omliggende bebouwing, die grotendeels uit hout bestond, binnen enkele ogenblikken vlam.

In 1715 werd de toenmalige kerk, die na de brand herbouwd was, afgebroken. Dit gebeurde vermoedelijk vanwege zowel de beperkte omvang als de bouwvallige staat van het gebouw. Vervolgens werd een nieuwe kerk gerealiseerd, voorzien van een ingebouwde haltoren, zoals deze vandaag de dag nog steeds te bezichtigen is. Het godshuis werd vervaardigd uit baksteen.

Op 15 mei 1716 werd de eerste steen gelegd door de vooraanstaande Nanne Aenes, een welgestelde houtkoper, zeilmaker en vrederechter in de Lemmer. Hij was de zoon van Aene Nannes en Tet Hendricks. Aanvankelijk bestond de kerk uit een langwerpig vierkant schip met een oostelijk deel dat door drie zijden werd afgesloten. De lichtopeningen waren voorzien van gebrandschilderd glas in lood. Een fragment van een van de oorspronkelijke ramen is te bezichtigen in het Fries Museum.

De cartouches zijn omlijst met grisaille Louis XIV-ornamenten. Na de voltooiing van de kerk werd deze ingewijd door dominee Hermanus Phocilides, die een feestelijke preek hield over Jesaja 2:3. Zijn ambtsperiode begon nog in de oude kerk, waarbij hij preekte over de tekst Kolossenzen 4:3-4. Op 7 november 1759 beëindigde hij zijn ambt met een afscheidswoord gebaseerd op de zegenbede uit 2 Korinthiërs 13. Acht jaar na zijn emeritaat overleed hij in Lemmer op een zeer hoge leeftijd. Dominee Phocilides vervulde vijftig jaar lang het ambt van predikant, waarvan acht jaar in Oosterzee.

Aan de westgevel werd de toren gerealiseerd, bestaande uit een vierkante stenen onderbouw met vier geledingen. De gevels van de toren zijn, net als die van de kerk, voorzien van zorgvuldig aangebrachte pilasters. In het bovengedeelte bevindt zich aan elke zijde een galmgat, symmetrisch verdeeld door een middenstijl. Daarnaast zijn in de toren diverse verankeringen zichtbaar, waaronder de jaartalankers uit 1716, die een historische betekenis toevoegen aan het bouwwerk.

Op de hoeken van de westgevel, aan weerszijden van de toren, zijn zorgvuldig vervaardigde siervazen geplaatst. De stenen basis wordt afgesloten met een uitstekende lijst, voorzien van een houten balustrade, die de eerste omgang vormt. Hierop volgt de houten bovenbouw, ook wel bekend als de lantaarn. Tussen de eerste en tweede omgang is het uurwerk met de wijzerplaten gepositioneerd. Dit gedeelte wordt geaccentueerd door een tweede achthoekig hekwerk dat de structuur op elegante wijze bekroont.

Vervolgens wordt het gesloten onderstuk van de koepel, bekend als het kruis, aangetroffen. Dit onderdeel is bekleed met leien. Hierop staan acht pilaren die het koepeldak dragen. Het koepeldak, evenals de pilaren, is afgewerkt met een bekleding van lood.

Er bevindt zich geen haan op de toren, maar een windwijzer die is geplaatst op een vergulde bol. Op het oostelijke deel van de kerk is echter wel een haan aanwezig, terwijl op de noordelijke zijbeuk een ster prijkt.
Voorheen was hier een windwijzer in de vorm van een schip met volle zeilen te vinden. Deze windwijzer bevindt zich tegenwoordig in de Oudheidskamer van Lemmer. Het betreft een type kofschip, wat vermoedelijk symbool staat voor de belangrijke rol die de scheepvaart in de geschiedenis van Lemmer heeft gespeeld. (Tijdens de restauratie is de windwijzer, in de vorm van een kofschip, opnieuw geplaatst op de noordelijke uitbouw. Deze had jarenlang in de Oudheidkamer gestaan.)

Tijdens het bewind van Napoleon werd de toren onteigend, aangezien de overheid het bouwwerk geschikt achtte voor gebruik als uitkijktoren. Tegenwoordig is de toren eigendom van de gemeente Lemsterland/De Friese meren. Voor de Tweede Wereldoorlog bevond zich een klok in de toren met de volgende inscriptie::

"Hendrick Wegewaert maeckte mi in der Stadt Campen Anno 1598"

Deze klok maakte oorspronkelijk deel uit van de in 1716 gesloopte toren. Op 29 april 1943 werd de klok door de Duitse bezettingsmacht via het zuidelijke klankgat verwijderd. Sindsdien is de klok spoorloos verdwenen en niet meer teruggevonden.

Het cachot onder de toren stond reeds in de 18e eeuw bekend onder de naam 'Hondegat', zoals blijkt uit een strafvonnis uit 1792. Dit vonnis betrof Murk Jans van De Lemmer, die schuldig werd bevonden aan dronkenschap. Ter correctie werd hij veroordeeld tot een periode van zes dagen op water en brood in het 'Hondegat'. Aansluitend werd hij overgebracht naar het tuchthuis van 's Landschans te Leeuwarden.

Op 12 januari 1949 werd een nieuwe klok vervaardigd door de N.V. Nederlandse Klokkengieterij Eysbouts-Lips te Asten. Deze klok werd eveneens geplaatst via het zuidelijke klankgat. Een passend en zorgvuldig gekozen rijm is op deze klok aangebracht.

"In dief stiel de klok út d'âlde toer. Yn har plak sil liededoarp, mar en greiden oer."

(Dit gedicht is gecomponeerd door de heer Lieuwe Meijer, grootvader van mevrouw Jannie van der Molen.)

In 1955 vervaardigde de Amsterdamse beeldhouwer Nicolaas Hendrik (Nico) Onkenhout (1918-1989) een beeld ter nagedachtenis aan de oorlogsslachtoffers uit Lemmer. Op aanwijzing van de autoriteiten werd de toren aangewezen als locatie voor de plaatsing van de gedenksteen. Het monument werd zorgvuldig geïntegreerd in de muur direct boven de ingang.

Op 4 mei 1955 werd het monument in de avond plechtig onthuld door mevrouw De Rook-Visser en mevrouw Van der Wal-Van Steenwijk, de weduwen van de eerste slachtoffers. De plaatselijke commissie heeft de gedenksteen officieel overgedragen aan de gemeente.

Het monument, geïntegreerd in de muur van de Nederlands Hervormde Kerk te Lemmer, betreft een bronzen reliëf dat een knielende mannenfiguur uitbeeldt terwijl hij een duif loslaat. De inscriptie op het reliëf luidt: "Har dea us frijdom 1940-1945".

De duif wordt algemeen beschouwd als een symbool van vrijheid en vrede. Sinds het moment dat Noach een duif uitzond om te onderzoeken of de aarde na de zondvloed opnieuw bewoonbaar was, heeft de duif een blijvende symbolische betekenis gekregen. Zij staat sindsdien vooral voor het brengen van positieve berichten, met name met betrekking tot het tot stand brengen van vrede.

Direct achter de toren bevinden zich in zowel de zuidgevel als de noordgevel ingangen, die toegang verschaffen tot een onder de orgelgalerij gesitueerd portaal. Vanuit dit portaal betreedt men het kerkinterieur via twee dubbele deuren.

Volgens een inscriptie boven de zuidelijke ingang is het gebouw vervaardigd door meester-timmerman Auke Bouwes Disma. De volledige inscriptie luidt als volgt:

"Pieter Joris en
 Anne Teunis
 beijde Kerck-voogden
 in de Lemmer
 Auke Bouwes Disma.
 Mr. Timmerman van
 deze kerk en Toorn
 1716"

Boven de noordelijke ingang bevindt zich een zandstenen plaquette met het volgende opschrift::

"Dezes 15 May 1716 heeft
Nanne Aenes houtkoper ui de Lemmer van deese Kerck en Toorn de eerste steen gelegt
Al die hier komt en Siet dit schoon
gebou eens aen
Wilt hier niet Buiten  blyven Staen
Maer hoort met vlijt datter wordt geseid
Opdat door GOODES Geest en
Woord de Eer wordt geleit
In U en Mij ook altesaam
lck sluit hier mee in Goodes Naem"

De hierboven genoemde Nanne Aenes stond ook bekend onder de naam Nanne Aenes Muskullus, de Latijnse benaming voor muis. Het is echter niet bekend of deze bijnaam verwees naar zijn geringe lichaamsgrootte, een mogelijke associatie met een muis, of naar de term musculus (klein type stormram, ontworpen om een opening in een vestingmuur of -poort te forceren; soms uitgerust met een afdak ter bescherming van de bedieners)

Deze bijnaam heeft hij zich eigen gemaakt en werd tevens gebruikt door zijn dochter, Tetje Nannes. Tetje Nannes is begraven in de kerk, zoals blijkt uit een grafzerk met de inscriptie: "Grafzerk in de kerk" (gelegen tegenover de preekstoel).) 

Jouwert Sybrans Stapert en zijn echtgenote worden beschouwd als de stamouders van de familie Stapert, die in de 18e en 19e eeuw tot de vooraanstaande notabelen van Lemmer behoorde. Er kan worden aangenomen dat meerdere leden van deze familie, samen met hun respectieve echtgenoten, in de kerk zijn bijgezet.

"Hier legt Begraven
 Tetje Nannes
 Mucullus
 oud 73 jaaren
 overleeden
 dan 26 December 1778
 Huisvrouw van
 Jouwert Sijbrands Stapert

Een klein genealogische beschrijving.

Jouwert Sijbrens Stapert, lijnslager en houtkoper, geboren op 24 maart 1689 te Eestrum, en overleden op 10 februari 1774 te Lemmer op 84-jarige leeftijd. Hij was de zoon van Sybren Jouwerts Stapert en Sjoerdje Sytzes Sminia. Op 20 april 1719, op 30-jarige leeftijd, trad hij in het huwelijk te Lemmer met Tetje Nannes Muskulus, destijds 22 jaar oud. Zij overleed op 26 december 1768 op 71-jarige leeftijd en was de dochter van Nanna Annes, meester-timmerman, en Janne Annes Schanstra.

Uit dit huwelijk:

1. Nanne Jouwerts Stapert.
2. Sjoerdje Jouwerts Stapert, geboren op 24-10-1723 te Lemmer.
3. Janke Jouwerts Stapert.
4. Nanne Jouwerts Stapert.
5. Janke Jouwerts Stapert, geboren op 23-02-1731 te Lemmer.
6. Sybren Jouwerts Stapert, geboren op 23-02-1731 te Lemmer.
7. Geertje Jouwerts Stapert, geboren op 06-03-1733 te Lemmer.
8. Sjoerd Jouwerts Stapert, geboren op 09-11-1735 te Lemmer.
9. Imke Jouwerts Stapert.
10. Nanne Jouwerts Stapert, geboren op 20-03-1740 te Lemmer.

1941: Nieuws uit Stad en Dorp: "Oude Grafzerken Gevonden" in de Nederlands Hervormde Kerk te Lemmer.

In de Nederlands Hervormde kerk te deze locatie worden momenteel restauratiewerkzaamheden uitgevoerd. In het kader hiervan is een gedeelte van de vloer voor de preekstoel verwijderd. Door het afbreken van deze vloer zijn zeven grafzerken blootgelegd, waarop, na het zorgvuldig verwijderen van jarenlang verzameld stof, enkele inscripties zichtbaar zijn geworden.

Een redacteur van de „Zuid-Friesland" kreeg de gelegenheid om deze grafstenen nader te bestuderen en bracht daarbij een reeks familiegraven van de destijds prominente Lemster familie Stapert in kaart. De eerste grafsteen, gerekend vanaf de preekstoel, draagt het opschrift: „Hier rust Jouwert N. Stapert, tijdens zijn leven koopman te Lemmer, overleden op 17 juni 1809 in de leeftijd van 42 jaar en 2 maanden."

De naastgelegen grafsteen behoort tot zijn echtgenote en draagt het volgende opschrift: "Hier rust Cornelia S. Stapert, echtgenote van Jouwert N. Stapert, overleden op 23 december 1792, op de leeftijd van 23 jaar en 6 maanden."

Het opschrift op de derde grafsteen vermeldt: „Hier rust Foekjen Jouwerts Stapert, overleden op 21 juli 1802, op de leeftijd van 11 jaar en bijna zeven maanden."

Uit bovenstaande blijkt dat hier een man, vrouw en dochter rusten, die allen op betrekkelijk jonge leeftijd zijn overleden. Zowel de man als de vrouw dragen de familienaam Stapert, hetgeen erop wijst dat zij vermoedelijk tot dezelfde familie behoorden. De familie Stapert was gedurende de 17e en 18e eeuw een vooraanstaande familie in de plaats waar wij woonachtig zijn.

De voorouders van de hierboven genoemde familie waren eigenaren van een scheepstimmerwerf, waar schepen werden gebouwd die voornamelijk richting de Oostzee voeren. Deze schepen vervoerden hout en andere goederen, welke vervolgens hier verder werden verwerkt.

De volgende twee zerken vertonen geen inscripties, waardoor het onzeker is of er zich onder deze zerken nog stoffelijke overschotten bevinden. De inscriptie op de zesde zerk kon niet volledig worden ontcijferd, aangezien een deel van de tekst onder de vloer verborgen is gebleven. Enkel de leeftijd van de overledene kon worden vastgesteld. De laatst blootgelegde zerk markeert het graf van Frederik Witteveen, die op 26 december 1813 overleed op de leeftijd van 68 jaar en 8 maanden.

De naam Witteveen komt herhaaldelijk voor in de historische context van Lemmer. Op de twee eerstgenoemde grafzerken is een wapen afgebeeld, een gebruik dat destijds gangbaar was onder adellijke families. Hieruit blijkt eveneens dat de familie Stapert gerechtigd was tot het voeren van een familiewapen. Voor zover het wapen kon worden gedetailleerd geanalyseerd, is op de linkerhelft een adelaar weergegeven. Dit symbool komt vaker voor op middeleeuwse wapens van Friese edelen. De rechterbovenhelft toont onder meer een steigerend paard. Het steigerend paard zou een woordspeling kunnen symboliseren, waarbij "sta peerd" verwijst naar de familienaam Stapert.

DEN 10  FEBRUARI 1767 - OVERLEDEN ANE NANNES - COOPMAN IN LEMMER - OUD 66 JAAR 10 MAANDEN - 13 DAGEN EN LEID ALHIER - BEGRAVEN.

Bron afdruk: www.andrebuwalda.nl DEN 7 MAI 1766 IS OVERLEDEN - ANTJE JANS BUWALDA - HUISVROUW VAN ANE NANNES - OUD 65 JAAR 2 MAANDEN - EN LEID ALHIER BEGRAVEN.

Hieronder vindt u een rapport uit het jaar 1862, met betrekking tot de inspectie en het onderzoek naar enkele voorgestelde onderhouds-werkzaamheden aan de Hervormde Kerk te Lemmer. Het document is afkomstig uit het archief van J. Postma.

Begroting 1863

Bestek en voorwaarden 1864

Bestek en voorwaarden 1865

Aan de zuidzijde werd in het jaar 1870 de consistorie gerealiseerd.

  • spanvis:  Mij is een bijzonder waardevol boekje overhandigd door de heer Sj. Tiemersma.

De heer Tiemersma: Het betreffende document betreft een handgeschreven notitieboekje met de titel: "Memorij van de Texten die Ds Harmanus Phocilides dit Jaer 1754 gepredikt heeft”. Het werk bevat beknopte aantekeningen van de gehouden kerkdiensten, inclusief de bijbehorende preekteksten. Daarnaast zijn er eveneens notities opgenomen van latere jaren (tot 1789) en van andere predikanten. Het geheel is vastgelegd in een sierlijk handschrift, vermoedelijk afkomstig van meerdere personen.

De 1e pagina geschreven in 1754.

Pagina uit het boekje 1755

Nog een bladzijde uit het boekje. Voor zover even de bladzijden uit het boekje om u een indruk te geven hoe achtereenvolgende schrijvers (voorvaders van Jikke Vegter??? Wellicht was een van hen kerkenraadslid) elke zondag noteerden waarover gepreekt werd in de beide diensten in de kerk. Ook noteerden ze wie er preekte als het niet de eigen predikant was (in het begin was dat dus Herman Phocilides) 

Hermannus Phocylides, gehuwd met Aafke Riemersma, heeft een zoon die gedurende een aanzienlijke periode als schoolmeester in Lemmer heeft gediend. Onder leiding van Phocylides werd in het jaar 1716 het kerkgebouw ingewijd met de woorden uit Jesaja 2:3. Na een dienstverband van 42 jaar in deze functie nam hij, inmiddels met emeritaat, afscheid onder het uitspreken van de zegenwens van Paulus, zoals beschreven in 2 Korinthe 13:11. Hij overleed in 1765 te Lemmer op een leeftijd van ruim 80 jaar. In 1758 werd Georgius van Bleiswijk als zijn opvolger geïnstalleerd.

naam: Phocylides, Harmen Fokkes
sterfdatum: 31-7-1765
geboortejaar: 1685
godsdienst: hervormd
aant.: dominee

vindplaats: kerk, nu in Friesch museum
type: Gebrandschilderde ramen
bron: Grafschriften Roorda
plaats: Lemmer
boeknummer: 4120

De kerkeraad van den dorpe Lemmer:
Hermanus Phocilides verkondiger van gods heilig woord 1717
Nanne Annes houtcoper en ouderling anno 1717
Wilhelmus Tadema mr. chirurgijn en diaken ano 1717
Sije Joekes mr. smid en diaken anno 1717

Bron: www.walmar.nl

Bijgevoegd is ook een dubbele pagina en een titelblad gescheurd uit een Nieuwe Testament uit 1818, met daarop geschreven een familiekroniek van Roziena Oldendorp geboren 27 maart 1803.

In potlood is er met kinderhand bijgeschreven:”dit heeft Jikke eronder geschreven” en in ander handschrift: "dit heeft Jikke raar geschreven”

Deze Jikke was Jikke Vegter (1876-1933), echtgenote van Willem Theunis de Vries (1873-1940), en de moeder van de genoemde dames. (Hun graven zijn nog te Lemmer)

Deze papieren stammen uit de nalatenschap van de dames C. en M. de Vries die tot hun overlijden in het begin van de jaren 1980 in het ouderlijk huis Turfland 56 te Lemmer hebben gewoond.

Sj. (Sjoerd) Tiemersma.

Turfland 56 te Lemmer.

We hebben dan Michiel Joostes Oldendorp, geboren in 1805 en woonachtig te Lemmer. Gehuwd op 16 mei 1828 te Lemmer met Roziena Geijlaar, geboren op 27 maart 1803 te?

Een dochter Maria Oldendorp, geboren op 19 maart 1837 te? is gehuwd met Jelle Jacobs Vegter, geboren op 26 juli 1831 te Lemmer, zoon van Jacob Geerts Vegter en Jikke Jelles Troelstra.

Uit dit huwelijk is bekend:

Jikke J. Vegter is geboren op 14 januari 1876 te Velsen, overleden op 25 februari 1933 te Lemmer. Gehuwd met Willem Theunis de Vries.

Schoolfeest, ca. 1910. Het schoolfeest werd toen gevierd aan de Nieuwedijk, in de omgeving van de huidige Strandweg.

Volwassenen, staande: onderwijzeres De Vries, van de eerste klas, Gerrit Romkema, juffrouw Johanna de Geus, onderwijzeres, Jikke (vrouw van Willem Theunis de Vries) met haar jongste dochter Marie op de arm, Sietske van Zandbergen, de vrouw van Eile de Jong, één van de twee volgende dames is Anna Brouwer, later gehuwd met bakker Oldendorp. De vrouw met de handen aan touw is Trijntje Hoekstra-Haven, weduwe van Renze Roelofs Hoekstra.

Onder de kinderen bevinden zich: twee dochters van Gerrit Romkema, waarvan één genaamd Jantje, Antje Hillebrands de Vries, Klaske Boelsma, Henny Gerber, dochter van ds. Gerber uit Assen, die tijdelijk op school was en logeerde bij haar oma.

In 1890 werd een ontwerp ingediend voor de uitbreiding en verbouwing van de Pastorie aan Nieuwburen 32, ten behoeve van de Nederlandse Hervormde Gemeente te Lemmer. In de jaren 1891-1892 verliepen de contacten tussen de kerkvoogden van de Hervormde Gemeente te Lemmer en de aannemers die verantwoordelijk waren voor deze werkzaamheden moeizaam, zoals blijkt uit de correspondentie met betrekking tot deze uitbreiding en verbouwing.

Kostenraming voor de renovatie van de pastorie

Links de pastorie, later bekend als 'Us Haven' en vervolgens geëvolueerd tot een advocatenkantoor. 

Ontwerp voor een omheining ter afbakening van het terrein bij het kerkgebouw van de Nederlandse Hervormde Gemeente te Lemmer

Een bewijs van authenticiteit... de aannemers.

Ontwerp en realisatie van een fietsenberging bij de Nederlands Hervormde Kerk te Lemmer

1927: Begrotingskosten voor afdak fietsberghok

1928: Vergunning 

|    1    |    2    |