LE 27
- a= ansjovis, b=bot, g=geep, h=haring, ha=hoekaal, kv="kustvisscherij", p=paling of aal, sn=snoekbaars, sp=spiering, zz="op de Zuiderzee"
- Visserijregister kaarten van Zuiderzeecollectie
LE 27
- Naam schip: LE 27 Jonge Jan
- Type: halfgedekte platbodem
- Vergunn.periode: 1913-1931
- Eigenaar: Poepjes, Lykele J. (Zwarte Liekele)
- vis: Zuiderzeevis Opm.
- Verhaal: Liekele trad in het huwelijk met Jansje Wouda, de zuster van Manus Wouda, eigenaar van de botter LE 27. In 1913 nam Liekele de botter LE 27 over van zijn zwager Manus Wouda. Teade Wouda, die het recht van eerste keuze had, besloot de overstap niet te maken, waardoor Liekele de gelegenheid kreeg om het schip over te nemen. In de directe nabijheid van Liekele woonde havenmeester Rein Kool.
- De Lemster vissersvloot van ± 1915 volgens Jan Wouda: LE 27: (Eerder LE 101) Eigenaar: Hermanus (Manus) Wouda. Bijnaam: Manus van Wouda. Woonplaats: Lemmer. Soort: Botter. Naam Schip: "De Jonge Jan" tot 1913 Werf: Gebr. de Boer. - LE 27: Eigenaar: Liekele Poepjes. Bijnaam: Zwarte Liekele. Woonplaats: Lemmer. Soort: Botter. Naam Schip: "De Jonge Jan tot 1913" Werf: Gebr. de Boer.
- Aanvulling: Deze botter droeg de naam Jan Wouda en was eigendom van Manus Wouda. Manus begon zijn onderneming met een schouw, gefinancierd door een lening van 200 gulden verstrekt door bakker Haveman. In 1913 werd de botter verkocht aan zijn zwager, Liekele Poepjes, bekend als een talentvolle hardrijder op de schaats. Manus kocht vervolgens een ijzeren aak, de LE 75, die de naam "Zes Gebroeders" droeg. Liekele heeft gedurende vele jaren met de botter gevist, mede dankzij de uitgebreide renovaties die Nijdam aan het schip had uitgevoerd. Later liet Liekele een ijzeren sloep bouwen, waarbij zijn zonen Jaap en Jan actief bij hem visten. Deze sloep vond uiteindelijk een nieuwe bestemming in Katwijk, waar zij als pleziervaartuig werd gebruikt door een visser van de Noordzee.
- Uit het archief van 'De Mastmaakster Wed. de Vries': Een haakstok onderscheidt zich door een korter en dunner ontwerp ten opzichte van een vaarboom. Een bijzonder exemplaar betreft een haakstok vervaardigd uit boommateriaal van eigen kweek, voorzien van een nieuwe metalen haak (1927). Dit specifieke exemplaar was bestemd voor de botter "Jonge Jan" (LE 27) van Lykele Poepjes. Het gebruik van hout uit eigen boom duidt op een bewuste keuze van de visser om kosten te besparen door zelf het benodigde materiaal te leveren. Daarnaast worden de sikkelvormige ijzeren bootshaken ook afzonderlijk aangeboden.
Reactie plaatsen
Reacties