LE 28
- a= ansjovis, b=bot, g=geep, h=haring, ha=hoekaal, kv="kustvisscherij", p=paling of aal, sn=snoekbaars, sp=spiering, zz="op de Zuiderzee"
- Visserijregister kaarten van Zuiderzeecollectie
LE 28
- Naam schip: LE 28 De Eersteling
- Type: halfgedekte platbodem
- Vergunn.periode: 1911-1933
- Eigenaar: Bijl, Willem v.d. (Bleke Willem)
- vis: a, b, h
- Opm. {ijzeren aak geb. door De Boer, Lemmer in 1900, voor Willem v/d Bijl, Huitema, Lemsteraken, 241} Verhaal Het was de eerste aak gebouwd door Gebr. de Boer, in opdracht van Steven Visser (De Slide) Het was moeders mooiste niet, Steven keurde hem dan ook af... Willem was van afkomst binnenvisser uit Idskenhuizen, zijn vrouw kwam daar ook vandaan. Zoon Abe was altijd zijn knecht en is later als zovele Lemsters naar Makkumer geworden. Zoon Wiebolt was kleermaker geworden bij IJlst aan de Nieuwburen, ze woonden in die tijd op het Achterom.
- De Lemster vissersvloot van ± 1915 volgens Jan Wouda: LE 28: Eigenaar: Willem van de Bijl. Bijnaam: Bleke Willem. Woonplaats: Lemmer. Soort: Aak vt 40. Naam Schip: "Eersteling" Bouwjaar: 1900 Werf: Gebr. de Boer.
Aanvulling: 1900- LE 28 - Vrouwe Jacobine P. de Boer.
Deze 40-voet aak, de 'Eersteling' voor Willem van der Bijl ('Bleeke Willem'), is de eerste ijzeren aak die door Pier de Boer werd gebouwd en wel naar een tekening van zoon Dirk. Van der Bijl zelf was van oorsprong een binnenvisser uit Idskenhuizen. De opvolgende eigenaren van deze aak zijn:
- Willem en daarna Abe v.d. Bijl 1900 - 1935
- Rein en Yge Blom, Hindelopen, 1935 - 1948 (HI 8)
- K. van der Meulen, Staveren, 1948 - 1949
- Jaap Schilder, Volendam, 1949-1954
- Fred Spaulding Dunbar, 1954
- Driessen, Veghel
- H.S. Schneider, Ede, 1978 naam Almere
- Th.A. Kruis, Zeven bergen, 1978 - heden.
Dit eerste ijzeren schip van de Boer was 'moeders mooiste niet', zoals de vissers zeiden. Het was bijzonder zwaar gebouwd.. altijd groen in de verf en zeewaardig. De laatste eigenschap en het feit dat de zeilen nieuw waren, was de oorzaak dat de pas afgeleverde LE 28 uitverkoren werd om met een man of tien aan boord de bemanning van een in nood verkerend schip veilig aan wal te brengen. Bij stormweer is de LE 28 tengevolge van een krabbend anker eens op de strekdam van de spuisluizen te Kornwerderzand terecht gekomen. Het enige gevolg was een deukje in het vlak, zo zwaar was de aak gebouwd.
In 1935 kochten de gebr. Blom in Hindelopen het schip voor f 1.000, nadat in 1934 een T-Ford motor was ingebouwd. De registratie werd H.I. 8 en de naam Arend.
In 1938 werd nog eens een reddingsactie ondernomen vanuit Hindelopen en de bemanning van de tjalk Morgenstond (man, vrouw, 6 kinderen en een hond) in veiligheid gebracht.
In 1940 door de Duitsers gevorderd, maar na 19 dagen teruggegeven. Tijdens de bezettingsjaren ging het kuilvissen door, meestal 's nachts en daardoor vaak met onderduikers aan boord, die overdag weg moesten wezen.
Met weemoed, zo schrijven Rein en Yge Blom, werd de aak in 1948 verkocht, voor f 8.000,-. Via Staveren komt de aak in Volendam terecht en wordt in 1954 gekocht door de Amerikaanse scheepsarchitect Fred Spaulding Dunbar. Deze Amerikaan had zich tijdens het bezichtigen van de in aanbouw zijnde Groene Draeck, kritisch uitgelaten over de zeileigenschappen van de oud-Nederlandse schepen. Toen hij echter een proeftocht mee mocht maken, werd hij zo enthousiast dat hij prompt zo'n schip zocht en kocht: de LE 28.
Helaas ontbrak het deze Amerikaan kennelijk aan ieder begrip voor onze schepen want op de werf 'Westhaven' te Amsterdam liet hij de oude aak verprutsen tot een jacht met midzwaard, torentuig, andere roer. vorm, preekstoel en wat niet al. Gelukkig bleken 's mans financiële middelen onvoldoende, het schip werd opnieuw verkocht en onder leiding van Lunstroo zo goed mogelijk in de oude toestand teruggebracht, met name door de goede zorgen van de heer Schneider uit Ede. Daarbij vervaardigde Lunstroo bijgaande tekeningen. Het schip vaart thans onder de naam Vrouw Jacobine in eigendom van de heer Th. A. Kruis te Zevenbergen.
Lijnentekening H. Lunstroo - LE 28
De eerste ijzeren aak van Pier de Boer de LE 28, gebouwd in 1900, voor Willem van der Bijl te Lemmer, thans als jacht varende na een bewogen geschiedenis.
De LE 28 onder het ijs en rijp te Lemmer.
Foto van Willem v.d. Bijl, uit Breda: 22 april 1932: Een boot waarin drie geslachten aan de arbeid zijn, van links naar rechts zijn: Abe van der Bijl, zoon van Willem, Siebolt van der Tuin, kleinzoon van Arend, Siebolt van der Bijl, zoon van Arend broer van Willem, Willem van der Bijl eigenaar van de LE 28 (mijn pake (Wim van der Bijl)
Tekst die bij deze afdruk hoort is als volgt: Op 't gerucht dat in Lemmer veel visch werd aangevoerd, de prijs echter zoo gering was dat enkele visschers liever hun vangst over boord wierpen dan voor de geboden-prijs te verkoopen, zijn wij naar Lemmer getufd om daar eens 'n kijkje te nemen. We troffen het. Juist werd een twistgesprek gevoerd tusschen 'n hangbaas (kooper) en eenige visschers.
Uit e.a. bleek ons al ras dat de stemming onder de visschers zeer verbitterd was. hetgeen zich verklaren laat. het is geen onbekende klank: "De visch wordt duur betaald" jammer is 't dat steeds Jan de visscherman de betaler is. Wanneer bij 'n vangst van 'n 50 tot 100 tal haringen ('n tal is 200 stuks) drie visschers nog geen daghuur van f 4.- kunnen maken, de menschen van 's morgens 4 tot 's middags 4 uur is touw zijn en wij rekenen daarbij de gevaren waaraan deze menschen bovendien permanent zijn blootgesteld, dan kan men toch niet van 'n gezonde toestand spreken.
Zeker de algemeene toestanden zijn niet rooskleurig te noemen. Ook de hangbazen hebben zorg om voor 't gekochte een debiet te vinden, maar 'n prijs van 20 cent per tal, tien haringen dus voor één cent, is toch zeker geen prijs te noemen waarmede de visschers hun arbeid als beloond kunnen beschouwen? Is 't wonder dat de stemming verbitterd is en enkele heethoofden besloten de visch weer in zee te werpen? Of dit de aangewezen weg is willen wij in 't midden laten maar te begrijpen is 't zeker. De vangst is goed, enkele dagen bijzonder goed, laten wij hopen dat in de komende dagen de prijzen in verhouding tot de vangst mogen zijn.
LE 28 na ruim 50 jaar terug in thuishaven.
De familie K. Stillebroer de Zwart, de huidige eigenaar van de LE 28, er in geslaagd de eerste ijzeren Lemsteraak weer naar Lemmer te halen. De 40 voets aak staat ingeschreven onder nummer 903 van Stichting Ronde en Platbodemjachten en werd in 1900 in opdracht van Willem van der Bijl door Pier de Boer in Lemmer gebouwd. De ijzeren aak werd gebouwd naar een tekening van zoon Dirk en draagt thans weer de oorspronkelijke naam de "Eersteling".
Dit eerste ijzeren schip van 'De Boer' was moeders mooiste niet. Zoals de vissers zeiden en stond in Lemmer bekend als "Holle aak". Hij was bijzonder zwaar gebouwd, altijd groen in de verf en zeewaardig. De laatste eigenschap en het feit dat de zeilen nieuw waren, was de oorzaak dat de in 1900 afgeleverde LE 28 uitverkoren werd, om met een man of tien aan boord de bemanning van een in nood verkerend schip veilig aan wal te brengen. Bij stormweer is de LE 28 ten gevolge van een krabbend anker eens op de strekdam van de spuisluizen bij Kornwerderzand terecht gekomen, Het enige gevolg was een deukje in het vlak, zo zwaar was de aak op de houthelling van De Boer gebouwd.
Eigenaar Willem van der Bijl, ook wel 'Bleke Willem' genoemd, was van oorsprong een binnenvisser uit Idskenhuizen. In 1935 kochten de gebroeders Blom uit Hindeloopen de aak voor f 100,- (Gulden) nadat er in 1934 een T-Ford motor was ingebouwd. De registratie werd HI 8 en de naam 'Eersteling' werd veranderd in "Arend". In 1938 werd nog eens een reddingactie ondernomen vanuit Hindeloopen, de bemanning van de tjalk Morgenstond (man, vrouw, zes kinderen en een hond) konden in veiligheid worden gebracht. In 1940 is de aak door de Duitsers gevorderd, maar na 19 dagen teruggegeven.
De aak heeft in de Tweede Wereldoorlog een luchtdoel kanon aan boord gehad, op de plaats van de mast, hetgeen niet succesvol was. Tijdens de bezettingsjaren ging het kuilvissen gewoon door. Meestal 's nachts met onderduikers aan boord, die zich overdag nergens konden vertonen. Ook Joodse onderduikers uit Holland werden met deze aak naar Friesland gebracht. Met weemoed verkochten Rein en Ige Blom de aak in 1948 voor f 8000,- (Gulden) Via Stavoren kwam de aak in Volendam terecht en werd in 1954 door de Amerikaanse scheepsarchitect Fred Spaulding Dunbar.
Deze Amerikaan had zich tijdens het bezichtigen van de in aanbouw zijnde Lemsteraak "De Groene Draeck" kritisch uitgelaten over de zeileigenschappen van de oud Nederlandse schepen. Toen de Amerikaan er een proefvaart mee mocht maken, werd hij zo enthousiast dat hij prompt zo'n schip zocht en kocht de LE 28.
Helaas ontbrak het hem kennelijk aan ieder begrip voor onze schepen, want op de werf Westhaven, later de werf van Porsius te Amsterdam, liet hij de oude aak verprutsen tot jacht met midzwaard, torentuig, andere roervorm, preekstoel, zeerailing, ijzeren boegspriet en wat al niet meer. Gelukkig bleken 's mans financiële middelen onvoldoende en het schip werd opnieuw verkocht.
Onder leiding van Lunstroo werd de aak zo goed mogelijk in de oude toestand teruggebracht, met name door de goede zorgen van de heer Schneider uit Ede. Deze heeft de Lemsteraak van 1967 tot 1978 in eigendom gehad onder de naam "Almere". Vele Lemsters zullen zich nog herinneren het moment dat eigenaar Schneider in Lemmer, op 24 mei 1968 het schip na nieuwe tuigage verkregen te hebben, en met vele genodigden aan boord met de mast tegen de brug voer en deze tengevolge van de klap naar beneden kwam.
Mensen sprongen van boord in het water. Oorzaak van dit voorval was de nieuw gemonteerde klapschroef, die weigerde in zijn achteruit. Dankzij de vlotte hulp van mastenmaker Van der Neut kon de aak twee dagen later weer varen. In 1974 is er een nieuwe Volvo Penta 68 pk ingebouwd, ter vervanging van de oude T-Ford. Van 1978 tot 1987 is het schip eigendom geweest van T.H. Kruis, uit Zevenbergen. Sinds augustus van dit jaar, vaart de aak weer onder de oorspronkelijk naam "Eersteling" en is eigendom van de familie K. Stillebroer, in Lemmer.
Bewogen historie.
Ik zat al twee jaar achter deze aak aan aldus Karel Stillebroer, uit de Zevengesternte, die tevens de trotse bezitter is van de originele tekening vervaardigd door Lunstroo, en foto's in de Amerikaanse uitvoering. De aak van ongeveer 19 ton kwam uit Zeeland, en lag te koop bij een makelaar in Nigtervecht. De Heer Stillebroer heeft de aak na aankoop allereerst voorzien van het originele visserijnummer LE 28 op het boeisel bij de kop, en na diverse briefwisselingen is hij thans ook in het bezit van enkele oorspronkelijke vergunningen voor het vissen.
De heren Kingma en Deinum uit Lemmer en Jan Wouda uit Medemblik, proberen alsnog oude gegevens en foto's van de ijzeren Lemsteraak te achterhalen. Zo werd na veel speurwerk o.a. de naam bekend van de maker van het beeldhouwwerk op deze aak. De 68 jarige A. van Reek uit Capelle is bij hoge uitzondering bereid gevonden twee nieuwe naamborden voor de aak te maken. De heer Stillebroer probeert de aak zo origineel mogelijk te maken en is nog op zoek naar een oud vuurduveltje (kacheltje).
Zo zal de Lemsteraak ook haar oorspronkelijke donkergroene kleur met brons en koperwerk terug krijgen. De aak ligt momenteel afgemeerd in de binnenhaven, waar belangstellenden welkom zijn. In de winter periode zal de aak worden onder gebracht bij de firma W. Dörr, aan de Industrieweg en de ervaren aken jachtzeilers Peter en André Sterk, zullen de heer Stillebroer de fijne kneepjes van het varen met een dergelijk schip bijbrengen. Bij goed weer zal de LE 28 in de eerste week van oktober mee zeilen in de bolkoppen race in Stavoren.
Tweede van links, Ellen de Zwart, die ervoor heeft gezorgd dat de LE 28 meedeed, en heeft verder de dag van de herdenking mede mee verzorgd. Op het bordes Sake Visser (vader van Roelie (spanvis) en de tamboer. De anderen zijn mij jammer genoeg niet bekend.
Wim van der Bijl: ,,EERSTELING’’ LE 28 De peetvader van de Boer aken.
Foto van Ellen de Zwart: De LE 28, bij de 200 jarige herdenking van de Engelse aanval op Lemmer 29 september 1799
Reactie plaatsen
Reacties
3 jaar geleden
Geachte heer,
Mijn naam is Abe v.d.Bijl naamgenoot en kleinzoon van Abe v.d.Bijl mijn grootvader en mijn overgrootvader Willem v.d.Bijl.
Ik ben geboren in Leeuwarden en zoon van Tjeerd v.d.Bijl.
Mijn grootvader is van Lemmer naar Makkum verhuist en heeft ook met de WON 10 gevaren.
Ik ken een beetje de geschiedenis van de beide schepen.