LE 41

  • a= ansjovis, b=bot, g=geep, h=haring, ha=hoekaal, kv="kustvisscherij", p=paling of aal, sn=snoekbaars, sp=spiering, zz="op de Zuiderzee"
  • Visserijregister kaarten van Zuiderzeecollectie

LE 41

  • Naam schip: LE 41 Jonge Steven
  • Type: halfgedekte platbodem
  • Vergunn.periode: 1911-1922
  • Eigenaar: Mulder, Jan
  • vis: a, b, h
  • Opm: {aak, gebouwd in 1900 door J.J. Bos in Echtenerbrug voor Jan Visser, Huitema, Lemsteraken, 244}
  • Verhaal: Jan Visser, vrouw was de bekende Rees Friso, een fijne vrouw, die leuk uit de hoek kon komen. Haar vader stond met de kermis altijd met zijn mooie oliebollenkraam tussen de toen beide bruggen in. Zijn oliebollen en wafels waren een traktatie. De aak was wat klein van stuk in 1908 is er een stuk van ongeveer twee meter tussen gezet. Ze woonden eerst achter Gerardus Sterk, later in de Schans. De oudste zoon was Steven (de Slide), dan Marius en Andries. De tweede was dochter Anne, de jongste was Renske, zij was getrouwd met Klaas Fleer, een heel stel fijne mensen die iedere Lemster wel kende.
  • De Lemster vissersvloot van ± 1915 volgens Jan Wouda: LE 41: (Eerder LE 141) Eigenaar: Jan. S. Visser. Bijnaam: Jan van Afke. Woonplaats: Lemmer. Soort: Aak vt 34. Naam Schip: "De Jonge Steven, later 2 meter verlengd" Bouwjaar: 1900 Werf: Bos Echtenerbrug.

Aanvulling: In mei 1900 levert zeilmaker M.F. de Vries de zeilen voor dit - zoals hij schrijft - 'aakje'. Het was dan ook maar 36 voet lang. Vandaar dat de visser in wiens opdracht de bouw plaats vond, er van afzag en zijn knecht, Jan Visser, de aak overnam voor ongeveer f 800,-.

De oudste zoon van Jan Visser heette Steven Visser, en naar deze laatste werd het schip vernoemd: "De Jonge Steven". Volgens een jongere broer van Steven Visser, Andries Visser, was Steven een 'roekeloos' schipper die meer aandacht voor vogeltjes had dan voor zijn koers. Vandaar dat later voornamelijk Andries met het schip viste. In 1911 werd het schip in Echtenerbrug verlengd, van de oude 36 voet naar 41 voet (de verspringende klinkassen zijn nu nog zeer goed te zien, in het midden van het schip; ook de bun werd door deze ingreep verlengd). Hierdoor ontstond het eigenaardige lange, smalle karakter van het schip.

Naar verluidt vond deze verlenging (ook) plaats om sneller te kunnen zeilen. Bij de wedstrijden van de 'Koninklijke' voor Amsterdam kwam de LE 41 in 1907 ongeveer als laatste binnen en in 1909 werd opgegeven. In 1912 echter - dus na de verlenging - werd de 3e prijs behaald. Rond 1945 werd de aak verkocht aan een neef, Rense Visser. Deze verhuisde van Lemmer naar Hindeloopen, en zeilde vervolgens onder het nummer HL 58. Daar er 'geen 7 maar wel een 13 (5+8) in het zeilnummer zat, had hij weinig geluk met vissen'.

Na ongeveer 5 jaar verkocht hij 't schip aan De Graaf in Bunschoten -Spakenburg. Die hoekte en kuilde ermee onder het nummer BU 191, gedurende 10-15 jaar. Hij verkocht 't schip aan Willem de Haas te Harderwijk, die ermee viste onder nummer HK 59. Deze ging in 1967 over op een kotter, en verkocht de aak in 1968 aan F. Cladder en J. Schepel, de eerste niet-vissers onder de eigenaren. Deze zeilen ermee tot 1981, en verkochten de aak aan Wouter Baart te Huizen, de huidige eigenaar.

De LE 41 bevindt zich nog geheel in oude staat. De enige wijziging bestaat uit de strijkinrichting van de mast: In de zeventiger jaren maakte Y. Blom te Hindeloopen de mast strijkbaar middels een loden contragewicht en een 'tjalkenluik' (tussen het oude luik middenin het voordek en de mast).

Hr. Huitema: LE 41 De Jonge Steven — gebouwd in 1900 bij J.J. Bos in Echtenerbrug. De geschiedenis in het zeil geschreven.

Foto van Age Van Der Bles: 1927

  • Marius Visser: Vrouw is Rens Friso de vrouw van Pake Jan. Op accordeon is waarschijnlijk zoon Andries. Man in pak lijkt Willem Friso wel vader van Rens en circus eigenaar.

De visserman rechts is Jan. S. Visser 'Jan van Afke'

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.