LE 43
- a= ansjovis, b=bot, g=geep, h=haring, ha=hoekaal, kv="kustvisscherij", p=paling of aal, sn=snoekbaars, sp=spiering, zz="op de Zuiderzee"
- Visserijregister kaarten van Zuiderzeecollectie
LE 43
- Naam schip: LE 43 Jonge Philippus
- Type: halfgedekte platbodem
- Vergunn.periode: 1911-1933
- Eigenaar: Mulder, Jan
- vis: a, b, h
- Verhaal: Jan woonde destijds op het End, een locatie die in die periode als een buitengebied werd beschouwd door de inwoners van de Schans. Zijn dochter had de bijzondere prestatie geleverd om onderwijzeres te worden, wat in die tijd als een uitzonderlijke verwezenlijking gold. De oudste zoon, Phillippus, trad in 1918 of 1919 in dienst als politieagent in Amsterdam. Zijn zoon Gerardus zette de visserijtraditie van zijn vader voort en vestigde zich later in Makkum.
De Lemster vissersvloot van ± 1915 volgens Jan Wouda: LE 43: Eigenaar: Jan Mulder. Bijnaam: De Staversman (Staverse Jan). Woonplaats: Lemmer. Soort: Aak vt 40. Naam Schip: "De jonge Phillippus" Bouwjaar: 1899. Werf: Gebr. de Boer.
- Uit het archief van 'De Mastmaakster Wed. de Vries': In de verkoopboekhouding worden tweemaal kluiverbomen vermeld. In 1922 schaft de Lemster visser Jan Mulder een kluiverboom van 23 voet (ca. 6,5 meter) aan voor zijn schip, de *Jonge Philippus* (LE 43), tegen een bedrag van ƒ 17,50. Dit exemplaar is kleiner dan de kluiverboom inclusief toebehoren, aangeschaft door zijn dorpsgenoot en vrachtvaarder Franke Pasveer, voor een totaalbedrag van ƒ 31,25.
- Uit de archieven van 'De Mastmaakster Wed. de Vries' blijkt dat vissers regelmatig behoefte hadden aan roeiriemen voor de vletten waarmee zij fuiken uitzetten of netten schieten. Zo had Jan Mulder, eigenaar van de ijzeren aak Jonge Philippus (LE 43), in 1927 behoefte aan twee nieuwe vletriemen van 15 voet voor zijn lage bijboot. De kosten voor deze riemen bedroegen destijds samen ƒ 7,50.
Ook in Lemmer wordt de visvangst merkbaar beïnvloed door de drooglegging van de Zuiderzee. Het resultaat van langdurige, inspannende arbeid is tegenwoordig een bescheiden vangst, die slechts in enkele korven aan land wordt gebracht. Op de voorgrond zijn twee prominente inwoners van Lemmer te zien. Links: de heer Meinze de Vries, die tevens als loods werkzaam was. Rechts: de heer Steven Visser. Beide heren waren werkzaam bij Jan Mulder, eigenaar van de houten aak LE 43, genaamd 'Jonge Philippus'.
Reactie plaatsen
Reacties