Ale Algra (Swichum, 17 oktober 1902 - 27 maart 1970) zoon van Aan Hendriks Algra en Jitske Klazes Bosma, gehuwd met Ytje Tuinhof, was een leraar, die van 1924 - 1952 in Nederlands-Indië werkte. Later was hij onder andere leraar geschiedenis aan het Christelijk Lyceum in Sneek.

Ale Algra

Bij het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog was Algra met verlof in Nederland en kon hij niet terug naar Batavia. Toen heeft hij actief deelgenomen aan het verzet tegen de Duitsers. Hij gebruikte de schuilnamen 'Moethoen' (Zeelt) en 'A² '. Eenmaal terug in Indië schreef hij verhalen voor het Friesch Dagblad van 1946 tot 1952.

Ale Algra werd in 1902 te Tietjerksteradeel geboren als zoon van Aan Hendriks Algra en Jitske Klazes Bosma. Een van zijn drie broers was Hendrik, hoofdredacteur van het Friesch Dagblad en lid van de Eerste Kamer voor de Antirevolutionaire Partij. Ale vertrok als gereformeerd onderwijzer naar Nederlands Oost-Indië. Tijdens zijn verlof kwam hij in juni 1939 met zijn gezin naar Nederland in Leeuwarden terecht. Na het uitbreken van de oorlog nam Ale, onder meer met zijn broer Hendrik, deel aan het verzet tegen de Duitse bezetter. Na de Bevrijding keerde hij weer terug naar Nederlands-Indië. Samen met Hendrik publiceerde hij tussen 1946 en 1952 het 20-delige werk Dispereert niet: twintig eeuwen historie der Nederlanden, een geschiedkundig werk vanuit gereformeerd perspectief. Hij overleed in 1970.