Sluis |6|

1960: Sluisdeuren in en bij Lemmer verliezen baard

Bovenstaande zes foto's. -Door de schoonmaakbeurt van de Lemstersluis, kunnen de kleinere schepen niet meer door Lemmer varen. De sluis was namelijk niet alleen dringend aan het schoonmaken van de deuren toe, ook de drempels en de muren moeten terdege worden nagezien. Daarom werd de hele kolk leeg- gepompt, hetgeen natuurlijk de scheep- vaart onmogelijk maakt. Gehoopt wordt dat de herstelwerkzaamheden op 10 september hun beslag hebben gekregen.

  • Leeuwke Bootsma Vooraan de SLO 3 van Siemen en Sikke Poepjes. Binnenvarend de LE112 (later omgenummerd naar LE 4)van Douwe Tijsseling.
  • Franke Hoekstra: De welbekende sleepboot Fimmie sleept het Lemster skûtsje.
  • De Fimmie was van oorsprong van Wierda de kolenhandel.

1988

1988: Sake Visser (Reade Sake) , tezamen met tamboer ? van de Sloter schutterij.

Gedenksteen 100 jaar Lemster sluis onthuld.

LEMMER - Lemmer heeft zaterdag het honderdjarig bestaan van de voormalige zeesluis in het dorp op grootse wijze gevierd. Enkele duizenden mensen genoten van de beschieting van het dorp door de ’Engelsen’ die uiteindelijk zoals ook al in 1799 was gebeurd in de strijd met de Lemster krijgsmacht het onderspit moest delven.

Later stonden de strijdende partijen weer broederlijk bijeen toen burgemeester Geert Eijgelaar van Lemsterland het herdenkingsfeest een officieel tintje gaf en de gedenksteen in de sluismuur onthulde. Er heerst ’s morgens half elf al een aardige drukte in het dorp als de 75-jange dorpsomroeper Sake Visser ('Reade Sake' zeggen ze in Lemmer) tezamen met een tamboer van de Sloter schutterij door Lemmer trekt om kond te doen van de komende gebeurtenissen. "Tooit u zich allemaal uit protest tegen de Engelse aanval met oranjewimpels en strikken roept hij". Er zal echter meer nodig zijn de vijand tegen te houden weet de goedgeluimde dorpsomroeper die daarom op eigen initiatief van de reclame tekst afwijkt en zijn proclamatie boodschap afsluit met de sinds enkele weken populaire kreet ’Aanvallen'. Het publiek kan Sake’s optreden wel waarderen.

Als 's middags om een uur Engelse oorlogsschepen voor de Lemster kust worden gesignaleerd en er middels het luiden van de kerkklokken groot alarm wordt geslagen omzomen al enkele duizenden belangstellenden de sluiskolk en het water van de Binnenhaven. Ondanks Sake’s oproep hebben niet oranjegekleurde wimpels en strikken de overhand maar is het vooral luchtige kledij wat de klok slaat.

Spreekstalmeester Alfred Knorr, heeft het publiek nog maar net op de hoogte gebracht van de dingen die komen gaan of kanongebulder verraadt, dat de Engelsen in aantocht zijn. Terwijl de Lemsters, die evenals de Engelsen in authentieke kledij van een paar eeuwen geleden zijn gestoken, op de kop van de sluis een kanon in stelling brengen en terugschieten, kunnen zij niet verhinderen, dat de oorlogszuchtige Engelsen de sluisdeuren rammen. Twee van hen klimmen op de sluisknechtswoning en verruilen de Nederlandse driekleur voor de Engelse vlag.

De Lemster kanonniers, zijn dan al tussen het publiek gevlucht. In een enorme rookwolk en onder oorverdovend geknal varen de Engelsen in werkelijkheid leden van de vereniging ’1 April’ uit Brielle met hun Prince Admirael, de sluis in. Hoewel je zou verwachten dat al deze herrie de aandacht van een ieder opeist, stoort de tweekoppige bemanning van het Friese statenjacht Friso, dat afgemeerd ligt aan de kade van de Binnenhaven, zich niet aan de drukte. Haar aanwezigheid wordt pas later op de middag verlangd en vandaar dat beide heren zich in het vooronder van de Friso te goed doen aan een Chinese afhaalmaaltijd en een pijpje pils.

Ondertussen is in de Binnenhaven, de strijd tussen de Engelsen en de Lemsters die geassisteerd worden door de schutterij van Sloten, in volle hevigheid ontbrand. Rookpotten die gekleurde walmen afscheiden, maken het spektakel net echt, terwijl over en weer stukken schuimrubber die kanonskogels moeten verbeelden, worden afgevuurd. Gejuich klinkt op als er enkele krijgers te water raken. Het spiegelgevecht is na een kwartier ten einde als een voltreffer ’treffer’ de vijandige oorlogsbodem raakt. De Engelse kapitein in rook gehuld, laat de witte vlag hijsen ten teken van overgave en wordt met zijn manschappen door de schutterij naar hotel De Wildeman gevoerd.

Na het tekenen van de capitulatie gaat het er in De Wildeman vredelievend aan toe. Maar als Sake Visser zijn kans schoon ziet nogmaals zijn tekst door de zaal te brullen. "It stiet net op papier mar ik mocht der o sa graach ’Aanvallen' efteroan sizze" krijgt hij andermaal de lachers op zijn hand.

Zo is het in 1799, allemaal echt gebeurd, maakt Knorr het publiek wijs. In werkelijkheid ging het er toen allemaal een stuk minder vredelievend aan toe. De Engelsen wisten Lemmer zelfs een aantal weken te bezetten, maar trokken zich uit het dorp terug, toen bekend werd dat de plaats steeds meer ingesloten raakte door Bataafse en Franse troepen, uit Gaasterland Sloten Joure en Kuinre. Ook een groep van 500 burgers en boeren uit Het Bildt, waren gewapend met hooivorken en ander moordlustig materieel naar Lemmer onderweg.

Twee grote kogels in de muur aan de Flevostraatzijde, van het meer dan twee eeuwen oude pakhuis van groenteboer Koop Gaastra herinneren vandaag de dag nog aan de roerige tijden van weleer.

Na de onthulling van de gedenksteen waarbij het Lemster mannenkoor onder andere het Fries volkslied ten gehore brengt, de muziekkorpsen Excelsior en Crescendo acte de presence geven, en honderden duiven worden gelost, gaat het gezelschap aan boord van de verschillende schepen. Daaronder niet alleen het Friese Statenjacht maar ook een aantal Lemsteraken die de Engelse armada moeten uitbeelden. De tocht gaat door de Lemster grachten en eindigt bij het ir Woudagemaal, waar de officiële viering van het eeuwfeest wordt afgesloten.

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.