Sta een ogenblik stil...

De Stenen Man.

Locatie: Appelweg, Leusden. Dit monument staat bij het voormalige kamp Amersfoort, aan het einde van de schietbaan. Op deze plaats werden op 8 maart 1945 49 kampgevangenen neergeschoten, als represaillemaatregel voor de aanslag op een hoge SS-leider.

Het lijkt lang geleden: de bezetting van Nederland. Plotseling waren wij overgeleverd aan mensonterend recht, aan alles overheersende duisternis. Gelukkig zijn er toen mensen opgestaan die het niet namen. Gewone mensen die, luisterend naar de stem van hun geweten, meer dan naar de fluisterstem van hun angst, opkwamen voor recht en ontrechten, voor vrijheid uit licht geboren.

Dankzij hun moed en dankzij de offers van vele levens, is er weer een andere tijd aangebroken, wij halen weer in vrijheid adem. Ter nagedachtenis aan deze mensen en hun daden zijn tekenen van steen opgericht. Als wij dreigen te vergeten dat vrijheid en recht ongewoon zijn, gewonnen door bloed, roepen deze geheugenstenen ons terug naar de prijs van de overwinning: het offer. Het blijft noodzakelijk, ook voor naoorlogse generaties, daarbij stil te staan.

Hij staat er als een herinnering, met een gebalde vuist en een naar houvast, onmacht zoekende hand.

Foto Jan v.d. Werf: Ereveld Lemmer - 44 graven.

'The Cross of Sacrifice'. Het kruis van de opoffering.

Opgericht op alle grotere Britse erevelden, evenals 'De steen van herinnering'. Inrichting van Britse erevelden is uniform in alle 140 landen waar de Commonwealth War Graves Commission verantwoordelijk is voor het onderhoud van de oorlogsgraven.

London: Compiled and Published bij order of the imperid War Graven Commission 1958. Dit naams-registerboek in het Engels ligt ook in een kastje in het gebouw op de begraafplaats te Lemmer. Onder de vele namen in dit boek van de gesneuvelde geallieerden, ook de namen van hen die in Lemmer hun laatste rustplaats vonden.


Sta een ogenblik stil.

De overwinning op Hitler-Duitsland, komt pas in zicht na de invasie van de geallieerden in Normandië op D-day, 6 juni 1944. 'The eyes of the world are upon you. The hopes and prayers of liberty loving people everywhere march with you' -zegt generaal Eisenhower tegen de troepen de dag voor ze vertrekken. Maar ook de dood marcheert mee en de weg naar de vrijheid is lang. In verbeten gevechten, vaak man tegen man, verliezen tienduizenden hun leven. De strijd duurt nog tot 9 mei 1945 voor het laatste Duitse legerbericht luidt: 'Aan alle fronten zwijgt het geschut.'

Bij velen wordt de vreugde over de bevrijding diep overschaduwd door het verlies van dierbaren. De prijs is onvoorstelbaar hoog. De Verenigde Staten van Amerika betreuren driehonderd zestigduizend gesneuvelde soldaten, Polen en Groot-Brittannië elk driehonderdduizend. Frankrijk rouwt om tweehonderdduizend soldaten, Canada om honderd twaalfduizend. De Sovjet-Unie krijgt een verlies te verwerken van zes miljoen gedode soldaten. Deze trieste balans laat zich niet meer lezen, ze gaat ons voorstellingsvermogen te boven. In honderdduizenden gezinnen is een lege plaats: vrouwen zijn hun man kwijt, kinderen hun vader, ouders hun kinderen.

De eerste buitenlandse soldaten zijn in mei 1940 al op Nederlands grondgebied gesneuveld, bij de laatste gevechten rond Zeeland. Tijdens de oorlog lopen vele aanvliegroutes voor bombardementen op nazi-Duitsland over ons land, daarbij verliezen honderden bemanningsleden (meestal R.A.F.) het leven. Ook de gevechten, die tot de bevrijding van Nederland zullen leiden, eisen de levens van duizenden geallieerde soldaten.

Ze beginnen in september 1944 in Zuid-Limburg en rond Arnhem en Oosterbeek en duren feitelijk tot 5 mei 1945. Alleen al uit landen van het Britse Gemenebest sneuvelen bij de bevrijding van ons land bijna twintigduizend mannen en vrouwen. Voor zover ze niet naar hun vaderland zijn teruggehaald liggen ze hier begraven. We kennen zelden het verhaal van hun aandeel in de strijd, Joe Mann is helaas een uitzondering.

Meestal weten we niet meer dan hun naam die ons alleen onthult dat ze Canadees, Engelsman, Pool, Amerikaan of Fransman waren. Ze zijn gesneuveld in een land, ver van huis, dat ze niet of nauwelijks kenden, waarvan ze alleen wisten dat het bevrijd moest worden. Op hen allen zijn de woorden van Eisenhower van toepassing die hij heeft uitgesproken bij de herdenking van de gesneuvelden, ze zijn te lezen op de Amerikaanse Erebegraafplaats in Margraten:

'Here we and all who shall hereafter live in freedom will be reminded that to these men and their comrades we owe a debt to be paid with grateful remembrance of their sacrifice and with the high resolve that the cause for which they died shall live.'

Niet aan alle 29.000 geallieerde oorlogsgraven in ons land, kan genoeg aandacht besteed worden. Het grootste deel hiervan bevindt zich op de erevelden, ruim 7.000 geallieerde oorlogsgraven liggen verspreid over enige honderden Nederlandse begraafplaatsen. Bemanningen van neergestorte vliegtuigen hebben een laatste rustplaats gevonden op meer dan vijfhonderd begraafplaatsen. Er zijn in ons land alleen al 16 erevelden van het Britse Gemenebest, op het grootste te Groesbeek liggen meer dan 2500 Canadezen begraven, op het kleinste te Milsbeek ongeveer 200 Britten.

De erevelden worden vaak verzorgd door het thuisland. Gebeurt dit niet dan vallen ze onder de hoede van de Oorlogsgravenstichting. Deze stelt zich ten doel: 'De aanleg, inrichting, instandhouding en verzorging van het Nederlandse oorlogsgraf, waar ter wereld zich dit ook moge bevinden, alsmede het onderhoud der in Nederland verspreid liggende graven van de leden der geallieerde strijdkrachten, voor zover daarvoor niet door het betrokken land wordt zorggedragen.'

Om een voorbeeld te geven van het ontstaan en de inrichting van een erebegraafplaats staan we een ogenblik stil bij de enige Amerikaanse Militaire Begraafplaats in Nederland, gelegen in het dorpje Margraten. Margraten ligt ongeveer tien kilometer ten oosten van Maastricht. Het wordt op 13 september 1944 bevrijd door onderdelen van de 30e Infanterie Divisie van het Amerikaanse Eerste Leger. Op 10 november 1944 wordt het al als oorlogsbegraafplaats in gebruik genomen voor Amerikaanse soldaten die in Duitsland zijn gesneuveld.

Het 26 hectare grote terrein is door de Nederlandse Staat aan de V.S. afgestaan 'voor eeuwigdurend gebruik als begraafplaats'. Het is officieel in gebruik genomen op 7 juli 1960. Het is de laatste rustplaats van 8301 Amerikaanse soldaten, dit is 43% van het totaal dat voordien hier en in tijdelijke begraafplaatsen was begraven. Alle graven zijn gemerkt met hetzelfde kruis, gemaakt van Italiaans Lasa marmer, de 177 Joodse graven zijn aangegeven door een Davidsster. In niet minder dan 40 gevallen zijn twee broers naast elkaar begraven. Op twee natuurstenen muren ('walls of missing') staan de namen van 1722 soldaten die in het oorlogsgeweld zijn zoekgeraakt. 'Here are recorded the names of Americans who gave their lives in the service of their country and who sleep in unknown graves.'

Vrijwel allen die op Margraten begraven liggen hebben hun leven verloren tijdens luchtlandings- en grondoperaties bij het bevrijden van oostelijk Nederland en tijdens het oprukken door Duitsland naar de Roer en de Rijn. Vaak kan men aan de situering van de erevelden de troepenbewegingen en de strijd van toen aflezen. De begraafplaats wordt beheerst door een dertig meter hoge toren, hierin is een kapel. Verlichtings- en altaarornamenten in deze kapel zijn een geschenk van de Nederlandse regering en de bevolking van Limburg.

Op een van de muren is een gebed gegraveerd: '0 God who art the author of peace and lover of concord defend us thy humble servants in all assaults of our enemies that we surely trusting in thy defence may not fear the power of any adversaries.' Margraten is een van de twaalf Amerikaanse Militaire Begraafplaatsen, die als gevolg van de Tweede Wereldoorlog, in Europa zijn ingericht. Ze vallen onder verantwoordelijkheid van de American Battle Monuments Commission.

In tal van plaatsen in Nederland herinneren individuele graven, erebegraafplaatsen en monumenten blijvend aan het offer dat door leden van de geallieerde strijdkrachten is gebracht bij het verkrijgen van de uiteindelijke overwinning. Niet zelden zijn monumenten opgericht ter herdenking van gesneuvelde geallieerde soldaten en Nederlandse gevallenen tezamen. In sommige gevallen heeft men bij het ontwerp gebruik gemaakt van overblijfselen van oorlogsattributen. Zeer suggestief en indrukwekkend zijn de monumenten die bestaan uit de propeller van neergeschoten vliegtuigen. De foto's laten zien op welke manier Nederlanders hun dankbaarheid en eerbied jegens de bevrijders hebben vormgegeven.
Ook in ..... Lemsterland.


Ereveld van gesneuvelde geallieerden op de oude begraafplaats Lemmer.

44 grafstenen waarvan 8 .... zonder naam. Eerste rij 9 stenen, tweede rij 11 stenen, derde rij 8 stenen, vierde rij 6 stenen, vijfde en zesde rij elk 5 stenen.

Memento Mori, gedenk te sterven.

Toegang oude begraafplaats Lemmer.

Unknown flyer (Unbekinde fleaner)

Wij lizze blommen op it grêf fan dij, ûnbikende freon.
Fan dij, dy 't hjir sliept d' ivige sliep, ûnbikende freon.
Fan dij, dy 't foei yn d' oarlochstiid.
Yn in bange en hurde striid.
Fan dij, ûnbikende freon.

Do gyngst de loft yn foar dyn lân, do ûnbikende freon.
En kaemst net wer; yn de dûnkere nacht bist al fjochtsjend' bleaun.
Dyn lêste tins, dyn lêste snik.
Wie foar dyn men, dat eagenblik.
Fan dij, ûnbikende freon.

Do foelst foar frijheit en foar rjocht, foar dyn lân en dyn thûs.
Do joechst dyn jong Iibben foar dyn folk, maar ek foar us.
Wij binn' in jier nou al wer frij.
Ek troch de heldemoed fan dij.
Fan dij, ûnbikende freon!

It is sa stil yn de natoer; it maeitiidswyntsje swijt.
Rêst, dierb're, ûnbikende freon; wij sille weitsje oer dij.
Wij Iizze blommen op dyn grêf.
En sizze flûsterjend, hiel sêft.
'Tank, ûnbikende freon!

L.B. 4 Maeije 1946


It Tsjerkhôf.

Wyld spûket de wyn troch de beamen om 't tsjerkhôf.
De ûle yn 'e toer jammert skril en forheard.
Mar nimmen dy't 't heart, hwent dy't sliepe. binn' dôf.
Hja wirde net wekker, ho't de stoarm ek beart.

Hja lizz' yn hjar wenten mei 't antlit omhegens.
To wachtsjen op 'e dage, dy't yn 't Easten scil rize.
En formingt him hjar stof ek mei de moude omlegens.
lens scil it Ljocht brekke troch dampen en dize.

Hja rêste hjir út fen hjar soargen en lijen.
Fan 'e striid dy't waerd fierd om wolfeart en brea.
Gjin praet is hjir mear oer hawwen en krijen.
Gjin wrotten en wramen yn 't ryk fan 'e dea.

Hjir is gjin forskil mear yn rang en yn berte.
Gjin heech en gjin leech en gjin earm ef ryk.
Hjar stof wirdt forgearre yn 'e ierde hjar skerte.
Yn 't ryk fan 'e dea binne alle minsken gelyk!

Gelyk? Hjir leit in stien - en dêr 'n heapke moude.
Om dit grêf tinkt nimmen - dêr fait sims in trien.
En sillich dyjinge, dy't mei iver iens bouwde.
Oan 'e timpel der Ijeafde - dy hoecht net in stien!

O, djipearnstich tsjerkhóf, wy hearre dy roppen.
'Bitink dochs, o minske, de wrâld giet foarby!
Gean net yn hjar op, slaen de eagen nei boppen.
Hwent koart is it libben, iens komstou by my !'

SL. 19 april 1947. M.

Geallieerde piloten en bemanning, gesneuveld en begraven op het ereveld Lemmer, oorlogsgraven van het Gemenebest. Common Wealth War Graves.

30 van deze personen kwamen uit Engeland, 2 uit Canada, 4 uit Australië, 5 uit Nieuw-Zeeland en 3 uit Polen. 7 'airman' uit Engeland en 1 uit Canada werden niet geïdentificeerd.

Naam.

F.A. Worsnop.
A.S. Renshaw. pilot
L.D. Wilson.
J.E. Clarke.
R.E. Macfarlane. DFM
E.R.E. Jordan.
_ _ an airman of the 1939-1945
F.R.M. Cook.
J.M.C.G. Hargreaves.
F.R. Westall.
J. DUV. Broughton.
Jiri. Marus.
V.Q. Blackden.
_ _ an airman of the 1939-1945
E.D. Pockney. pilot
H. Krasnodebski.
 _ an airman of the 1939-1945
KPL. M.J. Lozinski.
_ _ an airman of the 1939-1945
J.W. Bell. pilot
A.B. Hastings. pilot
_ _ an airman of the 1939-1945
H.O. Goddard.
_ _ an airman of the 1939-1945
E.G. Ronson.
KPL. S. Lugowski.
H.R. Williamson.
PS. CXXI.I
_ _ an airman of the 1939-1945
W.J. Anderson.
B. Dallenger. pilot
R.H. Crabtree.
D.T. Lamb.
_ _ an airman of the 1939-1945
J.R. Curtis.
W.J. Drake.
J.S. Macadam.
J.R. Stone.
J.E. Lecomber.
F.H.Moynihan.
R.D.M.C. Wha.
J. Hurst.
C.L. Robinson.
W.M. Waterman.
R.E. Hedges.

De namen zijn opgesteld in volgorde, als de 44 grafstenen op het ereveld.


Lemster Courant 22 juni 1946.

Verzorging oorlogsgraven.

Op verzoek van het Nederlands oorlogsgraven comité is thans ook in Friesland een provinciaal comité samengesteld, dat mij verzocht heeft voor onze gemeente een regeling te willen treffen aangaande de verzorging van de oorlogsgraven.

Uitgaande van de stelling, dat het een nationale plicht der dankbaarheid is dat de graven der in Nederland gevallen eigen en geallieerde soldaten verzorgd worden door het Nederlandse volk en dat oorlogsgraven een blijvend aandenken zullen zijn aan het massale offer in de oorlogsjaren gebracht, terwijl de vriendschap tussen de verschillende volken daardoor hechter zal worden, richt ik mij tot de inwoners onzer gemeente om de nodige medewerking te vragen.

Ingevolge de door het Nederlands oorlogsgraven comité gegeven richtlijnen, ligt het in de bedoeling, dat alle graven van buitenlanders door Nederlanders zullen worden aangenomen, die beloven het door hen geadopteerde graf te zullen verzorgen, alsof het het graf ware van hun eigen vader, zoon of broeder (verzorging met losse bloemen). Voorts, dat de adopterende Nederlanders zoveel mogelijk in schriftelijk contact treden met de familieleden der gevallenen (opzenden van foto's enz.).

Tenslotte zal op de internationale hoogtijdagen de gehele bevolking in staat worden gesteld een bloemenhulde te brengen, gecombineerd met een ogenblik van eerbiedige stilte.
Het hoofdcomité zal zoveel mogelijk bevorderen, dat de familieleden der gevallenen de graven kunnen komen bezoeken. Bezwaren met betrekking tot de kennis der vreemde taal zullen door het plaatselijk secretariaat worden opgelost.

Naast de kosten voor het regelmatig van bloemen voorzien der graven, betaalt ieder adopterende een bedrag van f 1,75 per jaar voor alle andere te maken uitgaven. Voor het onderhoud der graven zelve, wordt van rijks- en gemeentewege zorg gedragen.

Overtuigd, dat in brede kring in onze gemeente dit zo uitermate sympathieke plan instemming zal vinden, roep ik allen die bereid zijn een der ruim 40 op de algemene begraafplaats te Lemmer liggende graven te adopteren, op zich schriftelijk bij mij aan te melden voor 1 juli a.s.

Mochten meer personen zich opgeven dan er graven zijn, dan zal door loting worden vastgesteld, wie voor adoptie in aanmerking komen. Deze personen hoop ik dan bijeen te roepen om het plan nader te bespreken en uit hen een commissie te vormen, die met de verdere uitwerking, het toezicht e.d. zal worden belast.

De burgemeester van Lemsterland,
Mr M. Krijger.

Naar aanleiding van deze oproep in de Lemster Courant van 22 juni 1946 hadden zich een tiental personen aangemeld, deze lijst werd uitgebreid naar 36 personen.

Hier volgt de lijst met namen van diegenen die een graf hebben geadopteerd, maar de lijst anno 1995 overziende zijn er van deze 36 personen nog maar enkele in leven.

Pieter de Boer
G.J. de Boer
Wed. Bootsma-de Boer
L. de Blaauw
mevr. Coehoorn-Krekt
Douma    Oosterzee
Jenne Dijkstra
Funcke
B. Feenstra-de Boer
mevr. Nicolai-de Groot
Hotel 'De Haas'
Haagsma
U.A. de Jong   Follega
G. Kooiman
AE. Klijnsma
mevr. Kuipers-Oosterdijk
Mr. Krijger
Molenberg
Van der Neut
Wed. Propsma
mevr. Plantinga-Broek
J. Pen
Joh. Platte
Lum Rottiné- Rienksma
J. Rottiné-Rienksma
mevr. Tijsseling-Bootsma
M. Vegter
Piet v.d. Veen
Cor Visser
A.H. Visser
H. Visser    Nutsgebouw
mevr. De Vries-Schirm
mej. Clara Visser
Gr. Wierdsma
Wed. V.d. Wal
Van der Zande


En de toortsen branden op de terpen.

Overdracht gedenkzuil L. Mulder † 13 juli 1948.

Fallen yn'e striid tsjin ûnrjocht en slavernije.
Dat wij yn frede foar rjucht en frijdom
weitsje.

Wij lezen op deze steen:

Luitjen Mulder
geboren 25
juli 1918 in
Jezus ontslapen
januari 1945
Door beulshanden
omgebracht

 

Overdracht gedenkzuil L. Mulder † 13 juli 1948.

In 1945 schreef de Vereniging Friesland 1940 - 1945 een prijsvraag uit voor een Friese gedenksteen, te plaatsen op de graven van hen, die in de jaren 1940-1945 hun leven gaven voor vaderland, vrijheid en recht. De bekroonde spreuk van de heer J. de Vries uit Balk, 'Fallen yn'e striid tsjin ûnrjocht en slavernij - dat wij yn frede foar rjocht en frijdom weitsje', moest in het ontwerp worden opgenomen.

Bekroond werd het ontwerp van de Amsterdamse architect Marinus Duintjer met als motto: 'En de toortsen branden op de terpen'. Het bestaat uit een twee meter hoge vierkante, obeliskachtige zuil. Daarop is een sluitstuk geplaatst, waarin een fraaie leeuw is gebeiteld. Op de zuil staat de bekroonde Friese spreuk. De horizontale steen, het z.g. letterstuk kan door de familie van de overledene van een opschrift worden voorzien.

'Zuid-Friesland' 17 juli 1948

LEMMER. Dinsdagmorgen om 10 uur werd op het oude gedeelte van de begraafplaats alhier een gedenkzuil op het graf van de illegale strijder Louis (Luitjen Mulder) aan de familie overgedragen. Bij deze plechtigheid waren de familie en enige oud-illegale werkers uit Lemsterland, w.o. de heren S. Douma, Aize Wind, de echtgenote van wijlen ds. L.W. Wessels, enz. aanwezig. Namens de Stichting 1940-1945 Sneek, sprak de directeur de heer S. Havinga een inleidend woord.

Spreker wees op het leven van Louis, dat vele moeilijkheden gekend heeft. Nadat het eerst de bedoeling was geweest, om in het onderwijs werkzaam te komen, nam zijn werkkring gedurende de bezettingsjaren een andere richting. Het was in 1943 dat hij met het verzet in aanraking kwam, wetende dat daaraan groot gevaar verbonden was. Zijn laatste levensdagen is een lijden geweest. Had hij ook een andere weg kunnen inslaan? Neen, aldus spr., zijn wil stond vast, er was voor hem geen andere weg. Het was de gehoorzaamheid aan God, om zijn roeping te vervullen. Met deze woorden droeg hij de zuil aan de familie over die het volgende opschrift had:

Fallen yn'e striid tsjin ûnrjocht en slavernije.
Dat wij yn frede foar rjucht en frijdom
weitsje.

Namens de familie sprak een broer van de overledene een dankwoord aan de Stichting '40- '45, en wees op de kracht die zijn broer vond in het geloof. De heer Aize Wind sprak als voormalige verzetsleider en ging de historie na van Louis, hoe hij op 3 januari 1945 opgepakt werd. Zijn zwijgzaamheid heeft hem het leven gekost en daardoor zijn geen anderen gevallen.

De heer Toon Sustring sprak hierna woorden van grote kameraadschap. 'Louis was meer dan een kameraad, hij was een broer voor mij.' Samen hebben we heel wat met elkaar besproken. Wij weten dat hij geborgen is bij zijn Heer en Heiland. De ontgoocheling is echter bitter geweest voor de illegalen na de bevrijding, aldus spreker. Met het zingen van het tweede couplet van het Wilhelmus 'Mijn schild ende betrouwen' enz. werd deze plechtigheid besloten.


Onthulling gedenksteen gevallen en '4 mei 1955'

Rouw naast vreugde bij herdenking van onze bevrijding.

Het gemeentebestuur van Lemsterland ontvangt op 8 september 1954 goedkeuring van de Minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen om een gedenksteen te plaatsen in de toren te Lemmer, (westgevel) gezien het verzoekschrift van het comité Lemmer p/a de heer P. Beetsma, directeur van gemeentewerken Lemsterland.

In 1955 maakte de beeldhouwer Nico Onckenhoudt, uit Amsterdam een beeld ter nagedachtenis aan de oorlogsslachtoffers uit Lemmer.

Rouw naast vreugde bij herdenking van onze bevrijding.

Onthulling gedenksteen gevallenen 4 mei 1955.

Terwijl een straffe Zuidwestenwind om de toren van de Nederlandse Hervormde Kerk woei, vond daar aan de vooravond van de herdenking van onze bevrijding de onthulling plaats van de gedenksteen, die boven de ingang van de toren is aangebracht als een nagedachtenis aan hen, die voor de vrijheid van ons vaderland stierven of die door oorlogsgeweld om het leven kwamen. Om kwart voor zeven hadden de genodigden zich in de raadszaal van het gemeentehuis verzameld. Behalve de nabestaanden waren hier aanwezig het voltallig college van B & W en het comité dat de totstandkoming van dit gedenkteken heeft voorbereid.

Om zeven uur vond de onthulling plaats door de dames wed. Jac. de Rook en wed. F. van der Wal, waarna de voorzitter van het comité, de heer G. van der Laan, een korte rede uitsprak. Hij zeide o.a. dat dit monument een getuigenis is van de schone waarden die in ons volk leven en die door de slachtoffers ten volle zijn nagestreefd. Niet alleen de helden van het verzet echter worden met dit monument herdacht, ook zij die bij de uitoefening van hun werk of tijdens de bevrijding zijn omgekomen. Laten wij hen nooit vergeten.

Het monument overdragende aan het gemeentebestuur, zei de heer van der Laan er zeker van te zijn, dat dit het monument goed zal bewaren, waarbij hij nog wees op de bereidwilligheid, om, toen de financiën uitgeput raakten, de toren aan te wijzen als vaste bestemming van het monument. Burgemeester Krijger zei in zijn antwoord, het monument voor de gemeente gaarne te aanvaarden.

'Wij weten dat gij veel moeite hebt gehad om dit monument tot stand te brengen door de beperkte financiën waarover gij kondet beschikken. Wij geven graag de verzekering dat wij dit monument naar beste kunnen tot in lengte van jaren hopen te bewaren', zei de burgervader. Daarna vond de opstelling plaats voor de Stille omgang. Voorafgegaan door drie trommelslagers met omfloerste trommen, bewoog zich een naar schatting duizendkoppige stoet naar het kerkhof, waar enkele meisjes kransen legden bij de graven van onze gesneuvelde vrienden Luitjen Mulder en Christiaan de Vries en bij het kruis naast de graven van onze gesneuvelde geallieerden. Het deed ons goed te bemerken, hoe ook deze laatste graven er keurig onderhouden uitzagen, een postume hulde aan hen die voor onze vrijheid zijn gevallen.

In afwijking van vorige jaren, werd ditmaal de stoet niet onderbroken, doch trok in dezelfde opstelling vanaf het kerkhof door de Parkstraten via Kortestreek naar de gedenksteen, waar om 8 uur twee minuten stilte in acht werd genomen. Er werd daarna gelegenheid gegeven tot een bloemenhulde, terwijl de stoet naar de Schulpen trok. Hier zongen de gezamenlijke zangkoren van Lemmer onder leiding van de heer W. Riezebosch een drietal liederen, het Wilhelmus, het Fries Volkslied en 'Kent gij het land'.

Om half negen waren er herdenkingsbijeenkomsten in de Geref.- en Ned.Herv.Kerk, waar het woord werd gevoerd door de heer D. van IJsselstein van Leeuwarden, ds. F.J. Scholten en Pastoor Brouwer. De heer Van IJsselstein sprak over de woorden uit het Wilhelmus: 'Dat ik U helpen mag'. Hij haalde enkele voorbeelden aan uit de bezetting, waaruit de wil van de gevallen helden bleek om te helpen uit de diepe nood waarin ons volk gekomen was.

Pastoor Brouwer sprak over: 'Het vaderland getrouwe'. Over het mysterie van de dood werd met grote ernst gesproken. De doden zullen ons mogen vragen: Wat is er van ons in U over gebleven? Zij hebben geloofd in de wisselwerking van martelaren en volk, en zij vragen: Is het resultaat van 10 jaar vrede van dien aard, dat het offer, dat wij met ons leven gebracht hebben, zin krijgt?

Het R.K.-kerkkoor zong van Palestrina: Populus Meus, waarna ds. Scholten naar aanleiding van de woorden: De tirannie verdrijven, het woord voerde. Hij wees op het feit dat wij voor mei 1940 alleen van horen zeggen met het woord tirannie bekend waren. Hij schilderde de verschrikking van de tirannie, zoals wij die in de bezettingsjaren aan de lijve ondervonden hebben, en waarvan thans nog in vele gezinnen de littekens zichtbaar.

Er is nu echter een danktoon in ons hart dat God de tirannie verdreven heeft en wij in een waarlijk democratisch land onder een Oranjevorst mogen leven. De leiding van deze nationale herdenkingsbijeenkomsten berustte in de Gereformeerde Kerk bij dr. Plenter en in de Ned. Herv. Kerk bij vicaris Huetink.