De ijsbreker 'Daniël' van de rederij v.h. Gebr. Goedkoop met o.a. de 'Heemstra' een vrachtschip dat wel op Kampen voer.
Winter in Lemmer, 15 maart 1924. Gezicht op de vuurtoren met op de voorgrond links, Marten Poppe en rechts Evert Dam. De vuurtoren werd op 23 november 1968 afgebroken. De gemeente ontving voor de afbraak een bedrag van f.620,-
Het endje van de Dam, met de vuurtoren. De bol die bovenop deze vuurtoren zat, is nog te zien in de Oudheidkamer van Lemmer.
Deze oorringen droegen de schippers, om hun identiteit kenbaar te maken, als hun op zee wat overkwam. Zo konden de nabestaanden hun identificeren.
Lemmer gezien vanaf de vuurtoren. Opvallend is vooral het landelijk karakter van het dorp. Inmiddels is het centrum van Lemmer niet meer omringd door water, maar door industrieterreinen en jachthavens. Links van de havendam de voormalige Zuiderzee. Naast de paal, waaraan de stormbal gehesen werd, staat een houten schuilhut als onderdak voor de loodsen, die schepen over de Zuiderzee naar Amsterdam loodsten. Bekende loodsen waren Evert en Koert de Vries.
De stoomboot voor passagiers en goederen S.S. 'Bolsward' ligt vast in het ijs, bij het begin van de haven. De bemanning loopt om het schip.
Deze foto is van Klaas Verhoeff, zoon van Gerrit Verhoeff, die was brugwachter op de rondweg-brug. "Mijn vader was binnenschipper en op de foto waren ze bezig om het schip vol met grind te kruien en dat verder Friesland in te vervoeren. Heb zelf ruim 32 jaar op de reddingboot gevaren, waarvan de laatste 5 jaar als schipper, moest helaas in 2006 stoppen i.v.m het bereiken van de leeftijd van 55 jaar, zit nu nog in de plaatselijke commissie". Het kleine kereltje op de voorgrond is Klaas Verhoeff.
8 april 1932: Ook Lemmer's welvaart is aan 't tanen. Heeft de bevolking van die plaats nimmer op grote welvaart mogen bogen, nu ook de visvangst, ten gevolge van den afsluitdam en het droogdeppen der Zuiderzee ophoudt een middel van bestaan te vormen, ziet het er voor de Lemmer donker uit in de toekomst. Een troosteloze aanblik biedt de vissershaven.
Afdruk boven en onder van Marie Jansen-Klappe: De botter VN 113 (Vollenhove) leed op de Zuiderzee schipbreuk, ten gevolge van de lage waterstand (Een lage waterstand als thans, kwam in jaren niet voor) in zee stootte de VN 113 van visser L. de Boer, uit Vollenhove op de stenen, waardoor de boot lek werd en begon te zinken. De twee opvarenden werden met moeite gered. Later is het schip weer gelicht en naar Lemmer gesleept.
Juist verlaat een schip de haven van Lemmer om 't ruime sop te kiezen, bij de zeesluizen.
Een hoekje van de vissersvloot in de Buitenhaven. 2 juni 1939: Welvarende vissersplaatsen zijn het geweest: Lemmer, Stavoren, Hindelopen, Workum, Makkum en Harlingen, vele jaren lang. Welvarend niet in die zin, dat er rijkdom heerste, maar in de regel verdiende de bevolking in en door de visserij een goed stuk brood.
De vissers zelf en hun gezinnen stelden geen hoge eisen aan het leven. Hun werk wás hun leven! Vanaf de kinderschoenen waren zij onafgebroken ter visvangst gevaren; zij waren in het bedrijf opgegroeid. En, indien het noodlot hen niet ontijdig trof, bleven ze dat bedrijf uitoefenen tot op hoge leeftijd.
Tal van aanverwante bedrijven: zeilmakerijen, nettenmakerijen, scheepsbouwerijen, kuiperijen, touwslagerijen enz. bezorgden velen handen werk. Feestdagen waren het, als na een periode van gedwongen rust de jollen, botters en blazers voor de eerste maal weer te visvangst voeren en als ze enige dagen later met de eerste haring binnen kwamen. Dan was het een en al bedrijvigheid en drukte.....
En al kwamen er wel eens minder goede jaren, geklaagd werd er weinig, "To nei better" Dat was het wachtwoord van de Friese Zuiderzeevissers. De Zuiderzee! Ze was voor hen alles: zijn bestaansbron, zijn leerschool, zijn toevluchtsoord, zijn thuis, dikwijls zelfs zijn graf. Een liefde, die slechts kon worden begrepen door een ingewijde.
Werkzaamheden bij Lemmer: Bij Lemmer waren in november 1936 de werkzaamheden voor de totstandkoming van de Noordoostpolder in volle gang. Hier een overzicht van de aanleg van een keileemdam voor de funderingsput.
De foto is genomen vanaf de plaats waar in vroegere tijden de stormpaal stond. Een vredig kijkje op de voormalige Zuiderzee met aan de gording 2 vrachtschepen.
De "Jan Nieveen" in 1950 (nog als stoomschip) bij het verlaten van de Lemstersluis, voor de overtocht naar Amsterdam.