In 1974 kochten Fred en Annette Kroon-Brekelmans de LE 50 van de vissers Pieter Poorting en Jan Poepjes. Zij hebben sindsdien vele tochten gemaakt met de LE 50. Geert, de zoon van Fred en Annette, heeft als kind eveneens talrijke waardevolle herinneringen aan dit schip opgebouwd. Annette heeft een verslag, vergezeld van prachtige foto's, ingezonden. Tijdens het samenstellen hiervan kwamen bij haar vele dierbare herinneringen opnieuw naar boven.

In 1974 kochten wij de LE 50 van de vissers Pieter Poorting en Jan Poepjes. Mijn man, Fred Kroon, kwam al jaren bij de familie Poepjes en had zijn zinnen gezet op de aak. Toen het bericht kwam dat ze met de visserij stopten en de aak gingen verkopen, werd het nog lastig om de aak in handen te krijgen, want ook het Zuiderzeemuseum in Enkhuizen was geïnteresseerd.

Maar het is gelukt en zo werd ons huwelijksreisje in april 1974 een koude vaartocht van Lemmer naar Hoorn. In Hoorn zijn de eerste werkzaamheden uitgevoerd: nieuwe strijkklampen, zwaarden en luiken. 22 Jaar hebben we de aak met veel genoegen in eigendom mogen hebben. Altijd is voorop blijven staan, dat het schip in originele staat moest blijven. We wilden geen concessies doen. Dat betekende veel werk, maar ook veel geweldige vakanties.

Vooral het schip en de bun teren was een klus en zeker voor een violist. In de eerste jaren heeft Fred wel eens met handen, waar de teer niet meer af te krijgen was, op het podium gezeten. In het tweede jaar, toen de aak op de helling ging in Monnickendam, was Fred nog niet zo op de hoogte van de gevolgen van teren bij warm weer. Een brilletje op en goed insmeren bleek toch echt niet voldoende. ’s Avonds zat hij met rode ogen waar de tranen uitstroomden in het Haarlemse concertgebouw te spelen. Onvergetelijke gebeurtenissen.

Foto Jan de Vries: Vrijwilligers treffen de laatste voorbereidingen voor de proefvaart met de gerestaureerde Lemsteraak LE 50

2001: Auke Coehoorn heeft als vrijwilliger een waardevolle bijdrage geleverd aan de restauratie van het schip en was vrijwel dagelijks aanwezig in de werkplaats van de firma Portijk aan de Vuurtorenweg. Hier werd gedurende meerdere maanden intensief gesloopt, gelast, getimmerd en geschilderd. Dankzij deze inspanningen heeft het schip zijn authentieke uitstraling weten te behouden.

Degene die zich benedendeks bevindt, naast het zogenaamde ‘fjoerduveltsje’, waant zich in een setting die doet denken aan vervlogen tijden. Het romantische beeld van deze periode wordt echter genuanceerd door verhalen over scheepsjongens die destijds genoodzaakt waren tegen de stalen scheepswand te slapen.

Het interieur van het schip werd volledig vernieuwd en voorzien van een stalen dek. Het houten dek, dat in 1910 het oorspronkelijke stalen dek verving, was dringend aan vervanging toe. Het plaatsen van de mast markeerde de voltooiing van dit grootschalige herstelproject. Deze belangrijke stap werd uitgevoerd op het terrein van mastenmakerij Van der Neut, gevestigd in Lemmer.

Twee foto's  van Charlotte Sterk-Huiskes: Gelegen aan zijn locatie bij het Dok, naast het iconische standbeeld van de visserman in Lemmer.

• Van Dirk Huizinga: Presto, LE 50