Plaats, Jacob van der
Jacob van der Plaats, geboren op 17 juli 1924 te Beetgum, overleden op 20 oktober 1944 te Leeuwarden, zoon van Anne van der Plaats en Wikje IJtsma.
De bijna 20-jarige was lid van de L.O. Ook had hij via onderduikers in het ouderlijke huis contact met een Knokploeg uit Meppel, Tevens was Jacob contactpunt voor de Knokploeg uit Leeuwarden. In de nacht van 14 op 15 augustus 1943 werd het plaatselijke bureau van de gemeente Menaldumadeel gekraakt. Van der Plaats nam ook deel aan deze actie. In de morgen van 20 oktober 1944 ging hij naar het land om arbeiders koffie te brengen, toen werd hij door een passerend opsporingspeloton van de Duitse Grenzschutz aangeroepen. Jacob reageerde daarop (om nooit opgehelderde reden) niet, waarna hij werd neergeschoten. Hij werd in een dijbeen geraakt en liep een slagaderlijke bloeding op. In zwaargewonde toestand werd hij overgebracht naar het voormalige Diaconessenziekenhuis in Leeuwarden, waar hij ondanks toegepaste bloedtransfusie en chirurgisch ingrijpen van dr. Straat nog dezelfde dag om ongeveer 13.00 uur bezweek aan het opgelopen letsel. Dokter Jan Bouma uit Beetgum verleende de eerste hulp. Tot in het ziekenhuis was Jacob steeds bij kennis gebleven.
Hij werd begraven op de N.H. begraafplaats in Beetgum. (veld vak rij nr. Beetgum Hervormde begraafplaats 32 8 groepsindeling)
Achttien procent van de grafmonumenten in Beetgum heeft Friese opschriften, weet Reimer van Tuinen. Onopvallende grafstenen getuigen van grote menselijke tragedies: vier kinderen uit net gezin Fokkema, die in de oorlog bij een bombardement omkwamen; Jacob van der Plaats, 22 jaar, op 20 oktober 1944 door de Grune Polizei doodgeschoten tijdens een vluchtpoging; Wiebe Dijkstra, in april 1944 opgepakt, in het Scholtenshuis zo zwaar mishandeld dat hij op 25 april overleed. Geschiedenisles op het kerkhof.
Reactie plaatsen
Reacties